Inhoudstabel:

  • P.9 Hoofdstuk I. Historiek van het decreet
  • P.13 Hoofdstuk II. Bevoegdheidsvraagstuk
  • P.17 Hoofdstuk III. Toepassingsbegied
  • P.25 Hoofdstuk IV. Identificatie van de verontreinigde gronden
  • P.33 Hoofdstuk V. Inventarisatie van verontreinigde gronden en publiciteitsregeling
  • P.47 Hoofdstuk VI. Gebruiksbeperkende maatregelen in afwachting van bodemsanering. Implicaties voor het ruimtelijk beleid
  • P.57 Hoofdstuk VII. Besluitvorming inzake bodemsanering: wanneer ontstaat de saneringsplicht en tot hoever moet gesaneerd worden?
  • P.67 Hoofdstuk VIII. Het verloop van de bodemsanering
  • P.75 Hoofdstuk IX. Saneringsverplichting of vrijwillige behandeling van bodemverontreiniging
  • P.99 Hoofdstuk X. Aansprakelijkheidsregelen en de definitieve toerekening van de kosten van bodemsanering
  • P.115 Hoofdstuk XI. Verplichtingen naar aanleiding van de overdracht van gronden en de sluiting van inrichtingen
  • P.167 Hoofdstuk XII. Verplichting tot het stellen van financiĆ«le zekerheden
  • P.177 Hoofdstuk XIII. De erkende bodemsaneringsdeskundigen
  • P.183 Hoofdstuk XIV. De bevoegdheid van de OVAM inzake bodemverontreiniging en de sanering ervan en de bevoegdheid van de Vlaamse regering op grond van artikel 48
  • P.217 Hoofdstuk XV. Beroepsprocedures in het decreet
  • P.223 Hoofdstuk XVI. Enkele bedenkingen bij de strafsancties in artikel 50 van het decreet
  • P.229 Hoofdstuk XVII. Andere wettelijke bepalingen van toepassing inzake bodemverontreiniging
  • P.255 Hoofdstuk XVIII. Slotbeschouwingen

Paginanummer

Nieuwe zoekopdracht

Generic filters
Uitleenbaar
Ja
Nee
Jaartal
Filter by Type
Monografie
Reeks
Tijdschrift