Inhoudstabel:

  • VOORWOORD 31
  • INLEIDING (1-24)                                                                         
      • § 1. Begripsbepaling (1-4)                                                       
      • Formele begripsbepaling (2)
      • Inhoudelijke begripsbepaling (3)
      • De notie 'gezinsrecht' (4) 34
     
  • § 2. Raakvlakken met andere rechtstakken (5-12) 34
      • Het huwelijksvermogensrecht (6) 34
      • Het erfrecht (7) 35
      • Het gerechtelijk privaatrecht (8-10) 35
      • Het strafrecht (11) 36
      • Het fiscaal recht en het sociale-zekerheidsrecht (12) 36
     
  • § 3. Samenhang tussen personenrecht en familierecht (13-15) 37
      • Historische reden (14) 37
      • Inhoudelijke reden (15) 37
     
  • § 4. Bronnen van het personen- en familierecht (16-24) 38
      • De wet (16) 38
      • Het verdrag (17-21) 39
      • De rechtspraak (22) 41
      • De rechtsleer (23-24) 42
     
  • HOOFDSTUK I — DE PERSOON (25-66) 47
  • § 1. Begripsbepaling (25) 47
      • . Wie is persoon? (26-31) 47
      • De natuurlijke persoon (27-29) 47
      • De rechtspersoon (30-31) 48
     
  • § 3. Ontstaan en beëindiging van de persoonlijkheid van de
  • natuurlijke persoon (32-42) 48
      • Ontstaan (33-37) 49
      • Beëindiging (38-42) 51
     
  • § 4. Afwezigheid (43-66) 52
      • Algemeen (43-45) 52
      • Begripsbepaling (43-44) 52
      • Beoordeling (45) 53
      • De goederen van de afwezige (46-60) 53
      • Rechten die bestonden vóór de verdwijning (47-59) 53
      • Rechten die toevallen na de verdwijning (60) 56
      • C . De persoon van de afwezige (61-66) 57
      • Huwelijk (62-63) 57
      • Ouderlijk gezag en voogdij (64-65) 57
      • Afstamming van de kinderen van de echtgenote (66) 58
     
  • HOOFDSTUK II — DE STAAT VAN DE PERSOON (67-212) 59
      • § 1. Algemeen (67-104) 59
      • Begripsbepaling (67-69) 59
      • Verkrijging van de staat (70) 60
      • Kenmerken van de staat (71-76) 60
      • De staat is niet vatbaar voor autonome wijziging (72) 61
      • De staat is onbeschikbaar (73-74) 61
      • De staat is niet voor verjaring vatbaar (75) 62
      • De staat is enkelvoudig (76) 62
      • Vorderingen van staat (77-93) 63
      • Begripsbepaling (77) 63
      • Categorieën (78-79) 63
      • Kenmerken (80-92) 64
      • Het gezag van gewijsde van uitspraken op vorderingen
      • van staat (93) 68
      • Bezit van staat (94-104) 68
      • Begripsbepaling (94) 69
      • Inhoud (95-97) 69
      • 3. Functie (98-104) 70
     
  • § 2. De bekwaamheid (105-133) 72
      • A. Soorten bekwaamheid (105-121) 72
      • Feitelijke bekwaamheid (106-107) 72
      • Rechtsbekwaamheid en handelingsbekwaamheid (108-121) 73
      • B. Categorieën rechtsonbekwamen (122-133) 77
      • Vreemdelingen (122-128) 77
      • Strafrechtelijk veroordeelden (129-133) 79
     
  • § 3. Bewijs van staat en bekwaamheid (134-212) 81
      • De burgerlijke stand (134-183) 81
      • Begripsbepaling (134) 81
      • Organisatie van de burgerlijke stand (135-151) 81
      • Akten van de burgerlijke stand (152-183) 86
      • Bewijzen van staat en bekwaamheid buiten de burgerlijke stand (184-210) 96
      • Bevolkingsregisters en rijksregister (184-200) 96
      • Van de bevolkingsregisters afgeleide identiteitsbewijzen (201-210) 103
      • C . Het bewijs van staat en bekwaamheid van personen
      • zonder band met de Belgische rechtsorde (211-212) 106
      • HOOFDSTUK III — DE VEREENZELVIGING VAN DE PERSOON (213-423) 109
      • § 1. De naam (214-281) 109
      • Begripsbepaling (214) 109
      • De familienaam (215-247) no
      • 1 • Begripsbepaling (215) no
      • De verkrijging (216-223) no
      • De invloed van het huwelijk op de
      • familienaam (224-232) 114
      • De wijziging (233-244)
      • De verbetering (245-247) 120
      • C . De voornaam (248-265) 120
      • Begripsbepaling (248) 120
      • De verkrijging (249-253) 121
      • De wijziging (254-262) 122
      • De verbetering (263-265) 124
      • Rechtsaard van de naam (266-271) 125
      • Het recht op naam (266-267) 125
      • De naam als instelling van politie (268-270) 126
     
  • 3. Kenmerken van de naam (271) 126
  • E. De adellijke titel (272-281) 127
      • Begripsbepaling (272-273) 127
      • Indeling van de adellijke titels (274) 128
      • Titularissen van adellijke titels (275-279) 128
      • Rechtsaard van de adellijke titel (280-281) 129
     
  • § 2. Het geslacht (282-301) 129
      • A . Begripsbepaling (282-283) 129
      • B. De rol van het geslacht in het recht (284-285) 130
      • C. De vaststelling van het geslacht (286-287) 131
      • D. De wijziging van het geslacht en van de geslachtsaanduiding
      • (288-296) 132
      • Zuivere vergissing (288) 132
      • De problematiek van de interseksualiteit en van de transseksualiteit (289-296) 132
     
  • E. De transseksualiteit en de mensenrechten (297-301) 136
  • § 3. De woonplaats en de verblijfplaats (302-341) 138
      • De woonplaats (302-329) 138
      • Begripsbepaling (302) 138
      • Soorten (303-306) 138
      • De burgerrechtelijke woonplaats (307-329) 140
      • De verblijfplaats (330-341) 146
      • Begripsbepaling (330-331) 146
      • Verkrijging (332-338) 146
      • Functie (339-340) 147
      • Kenmerken (341) 148
     
  • § 4. De nationaliteit (342-423) 148
      • Begripsbepaling (342-348) 148
      • Kenmerken van het Belgische nationaliteitsrecht (349-353) 150
      • Enkelvoudigheid van de nationaliteit (349-350) 150
      • Universaliteit van de nationaliteit (351) 151
      • Wijzigbaarheid van nationaliteit (352) 151
      • Uniformiteit van de nationaliteit (353) 151
      • Verwerving van de Belgische nationaliteit (354-406) 151
      • Overzicht (354-355) 151
      • Toekenning van de Belgische nationaliteit (356-373) 152
      • Verkrijging van de Belgische nationaliteit (374-402) 156
      • Herverkrijging van de Belgische nationaliteit (403-406) 163
      • Verlies van de Belgische nationaliteit (407-421) 165
      • Overzicht (407-408) 165
      • Verlies van de Belgische nationaliteit door eigen toedoen (409-412) 165
     
  • 3. Verlies van de Belgische nationaliteit anders dan door
  • eigen toedoen (413-416) 166
  • 4. Vervallenverklaring (417-421) 168
  • E. Bewijs van de Belgische nationaliteit (422-423) 168
  • T I T E L I I . P E R S O N E N B E S C H E R M I N G S R E C H T (424-713) 171
  • HOOFDSTUK I
  • ALGEMEEN PERSONENBESCHERMINGSRECHT:
      • DE PERSOONLIJKHEIDSRECHTEN (425-571) 173
      • § 1. De persoonlijkheidsrechten in het algemeen (425-443) 173
      • Begripsbepaling (425) 173
     
  • Situering (426-432) 174
      • Bronnen (433) 176
      • Nomenclatuur (434) 177
      • E . Kenmerken (435-443) 178
      • Universaliteit (435) 178
      • Absoluut karakter (436) 178
      • Buitenvermogensrechtelijk karakter (437-438) 178
      • Onbeschikbaarheid (439-440) 179
      • Onverjaarbaarheid (441) 179
      • Onoverdraagbaarheid bij overlijden (442-443) 180
     
  • § 2. De persoonlijkheidsrechten m.b.t. de fysieke bestanddelen
  • van de persoonlijkheid (444-512) 180
    • Het recht op eerbiediging van de fysieke bestanddelen van de persoonlijkheid (446-463) 181
    • Het recht op eerbied voor het lichaam (446-457) 181
    • Het recht op eerbied voor het lijk (458-463) 185
    • Het zelfbeschikkingsrecht m.b.t. de fysieke bestanddelen van de persoonlijkheid (464-512) 187
    • Het zelfbeschikkingsrecht m.b.t. de fysieke bestanddelen van de levende mens (464-495) 187
    • Het zelfbeschikkingsrecht m.b.t. het lijk (496-512) 195
     
  • § 3. De persoonlijkheidsrechten m.b.t. de psychische en morele bestanddelen van de persoonlijkheid (513-571) 200
    • Het recht op eerbiediging van het privéleven (513-545) 200
    • Algemeen (513-519) 201
      • a) Begripsbepaling (513) 201
      • b) Situering (514-515) 201
      • c) Bronnen (516-519) 201
      • 2. De privacybescherming in het algemeen (520-534) 203
      • Inhoud (520-522) 203
      • Sancties (523) 204
      • Grenzen aan de privacybescherming (524-534) 204
     
  • 3. De specifieke bescherming van de privacy t.o.v. de verwerking van persoonsgegevens (535-545) 208
      • Bronnen (535-536) 208
      • Toepassingsgebied (537-542) 208
      • Geboden bescherming (543-544) 209
      • Sancties (545) 210
      • B. Het recht op communicatiegeheim (546-555) 211
      • Het recht op briefgeheim (546-549) 211
      • Het recht op telecommunicatiegeheim (550-555) 213
      • C. Het recht op afbeelding en het recht op de stem (556-559) 214
      • Het recht op afbeelding (556-558) 214
      • Het recht op de stem (559) 216
      • D. Het recht op een goede naam en het recht van antwoord (560-571) 216
      • Het recht op eer en goede naam (560-561) 216
      • Het recht van antwoord (562-571) 217
     
  • HOOFDSTUK II
  • BIJZONDER PERSONENBESCHERMINGSRECHT (572-713) 221
  • § 1. De minderjarigen (573-574) 221
  • § 2. De geestelijk gestoorden (575-706) 222
      • Begripsbepaling (575-578) 222
      • Publiekrechtelijke maatregelen houdende vrijheidsberoving (579-618) 223
      • Algemeen (579-586) 223
      • Aan de vrijheidsbeperkende maatregelen gemeenschappelijke regels (587-591) 225
      • De gedwongen behandeling in een ziekenhuis (592-605) 226
      • De gedwongen verpleging in een gezin (606-616) 230
      • Toestand van bepaalde geesteszieken na beëindiging van de maatregelen (617-618) 233
      • Privaatrechtelijke beschermingsstatuten (519-706) 233
      • Situering (619) 233
      • 2. De gerechtelijke onbekwaamverklaring (620-631) 233
     
  • 3. De toevoeging van een gerechtelijk raadsman (632-641) 236
  • 4. De verlengde minderjarigheid (642-655) 239
  • 5. Het beschermingsstatuut van de gehuwde geestesgestoorde
  • (656-665) 244
  • 6. Het voorlopige bewind (666-706) 246
  • § 3. De wettelijke onbekwaamverklaarden (707-713) 257
      • Begripsbepaling (707) 257
      • Aanvang (708) 257
      • Statuut (709-712) 257
      • Einde (713) 258
     
  • D E E L I I — F A M I L I E R E C H T (714-2273) 259
  • T I T E L I. AFSTAMMING E N A D O P T I E (714-1027) 261
  • HOOFDSTUK I — AFSTAMMING (714-884) 263
  • § 1. Algemeen (714-736) 263
      • Begripsbepaling (714-715) 263
      • Korte historiek van het afstammingsrecht (716-720) 264
      • De afstamming en de mensenrechten (721-734) 266
     
  • 1 • Het EVRM en de evolutie in de rechtspraak van het Hof
  • van Straatsburg (721-728) 266
  • 2. Art. 10-11 Grondwet en het Arbitragehof (729-734) 269
  • Verdragsrecht inzake afstamming (735-736) 270
  • § 2. Afstamming langs moederszijde (737-771) 270
      • De geboorteakte (740-749) 271
      • Vaststelling van de afstamming (740-743) 271
      • Betwisting van de afstamming (744-749) 272
      • De erkenning (750-764) 273
      • Vaststelling van de afstamming (750-753) 273
      • Betwisting van de afstamming (754-764) 274
      • Het onderzoek naar het moederschap (765-771) 276
      • Toepassingsgebied (766-767) 276
      • Grondslag (768) 277
      • Titularissen (769) 277
      • Bewijsmogelijkheden (770) 277
      • 5. Termijn (771) 278
     
  • 3. Afstamming langs vaderszijde (772-857) 278
      • De afstamming langs vaderszijde binnen het huwelijk (773-801) 278
      • Vaststelling van de afstamming (773-781) 279
      • Betwisting van de afstamming (782-801) 281
      • De afstamming langs vaderszijde buiten het huwelijk (802-857) 286
      • De erkenning (803-843) 286
      • Het onderzoek naar het vaderschap (844-857) 298
     
  • § 4. Aan alle afstammingsvorderingen gemeenschappelijke regels (858-864) 302
      • Vereiste van de levende en levensvatbare geboorte (858-859) 302
      • Vertegenwoordiging in afstammingsgeschillen (860) 302
      • Gelasten van onderzoeksmaatregelen (861-862) 302
      • De uitwerking van uitspraken op afstammingsgeschillen (863-864) 303
     
  • § 5. Rechtsgevolgen (865-866) 303
      • Non-discriminatiebeginsel (865) 303
      • Opsomming (866) 304
     
  • § 6. De onderhoudsvordering tegen de verwekker (867-884) 304
      • Situering (867-868) 304
      • Toepassingsgebied (869-871) 305
      • Grondslag (872) 306
      • Titularissen (873-874) 306
      • Ontoelaatbaarheid (875) 306
      • Bewijsmogelijkheden (876) 307
      • Termijn (877-878) 307
      • Procedure (879-880) 308
      • Gevolgen (881-884) 309
      • Veroordeling tot onderhoudsgeld (881 -882) 309
      • Andere gevolgen (883-884) 309
     
  • HOOFDSTUK II — ADOPTIE (885-1027) 311
  • § 1. Algemeen (885-900) 311
      • Situering (885-890) 311
      • Begripsbepaling (885-887) 311
      • Het contractuele karakter van de adoptie (888-889) 312
      • 3. Soorten adoptie (890) 312
      • INHOUD 13
      • B. Korte historiek van het adoptierecht (891) 313
      • C. De adoptie en de mensenrechten (892-897) 314
      • D. Verdragsrecht inzake adoptie (898-899) 316
      • E. Beoordeling (900) 316
     
  • § 2. Vereisten voor adoptie (901-959) 316
      • Toestemming van de partijen (901-903) 316
      • Bekwaamheidsvereisten in hoofde van de adoptant (904-907) 317
      • Adoptant in leven (904) 317
      • Enkelvoudigheid of meervoudigheid van adoptanten (905) 317
      • Leeftijdsvereisten (906) 318
      • Gehuwde of ongehuwde staat (907) 318
      • Bekwaamheidsvereisten in hoofde van de adoptandus (908-913) 318
      • Adoptandus in leven (908-909) 318
      • Leeftijdsvereisten (910-912) 319
      • Gehuwde of ongehuwde staat (913) 319
      • Bekwaamheidsvereisten m.b.t. de verhouding tussen
      • adoptant en adoptandus (914-929) 319
      • Leeftijdsverschil (914-915) 319
      • Verwantschaps- en aanverwantschapsbeletselen (916-929) 320
     
  • E . Opeenvolgende adopties (930-940) 324
      • Opeenvolgende adoptie door twee echtgenoten (930-931) 324
      • Opeenvolgende adoptie door derden (932-940) 324
      • Instemming vanwege anderen dan de contractpartijen (941-950) 326
      • Instemming bij adoptie van een minderjarige (941-947) 326
      • Instemming bij adoptie van een gehuwde (948) 328
      • Instemming bij adoptie door een gehuwde (949-950) 328
      • Instellingsvoorwaarden (951-959) 329
      • Het voordeel van de adoptandus (952-953) 329
      • Wettige redenen (954-957) 329
      • Afweging van andere wettige belangen (958-959) 330
     
  • § 3. Procedure (960-989) 331
      • Algemene regel: de contractuele adoptie (961-977) 331
      • Opstelling van de adoptieakte (962-972) 331
      • Homologatie door de rechter (973-977) 334
      • Bijzonder geval: de gedwongen adoptie (978-986) 335
      • Toepassingsgebied (978-980) 335
      • Procedure (981-984) 336
      • 3. De gedwongen adoptie en de mensenrechten (985-986) 337
     
  • C. Aan beide procedures gemeenschappelijke regels (987-989) 337
      • § 4. Rechtsgevolgen (990-1017) 338
      • Volle adoptie (991-1002) 338
      • Algemeen (991-993) 338
      • Concrete gevolgen (994-999) 339
      • Gevolgen bij volle éénouderadoptie (1000-1001) 340
      • Gevolgen bij latere vaststelling van de afstamming (1002) 341
      • Gewone adoptie (1003-1017) 341
      • Algemeen (1003-1005) 341
      • Concrete gevolgen (1006-1014) 342
     
  • Gevolgen bij latere vaststelling van de afstamming (1015-1016) _ 344
  • 4. Gevolgen bij overlijden van de adoptant(en) of bij herroeping van de adoptie (1017) 344
  • § 5. Beëindiging (1018-1027) 345
      • Geen einde bij de dood van de adoptant (1018-1019) 345
      • Onmogelijkheid van nietigverklaring van de adoptie (1020) 345
      • Herroeping (1021-1027) 345
        • Uitgesloten bij volle adoptie (1021) 345
        • Mogelijk bij gewone adoptie (1022-1027) 346
     
  • T I T E L I I . V E R H O U D I N G E N T U S S E N O U D E R S E N
  • K I N D E R E N (1028-1486) 349
      • Inleiding (1028-1031) 351
     
  • HOOFDSTUK I
      • OUDERLIJK GEZAG EN OUDERLIJKE VERPLICHTINGEN (1032-1207) 353
      • § 1. Situering (1032-1035) 353
      • Verband tussen ouderlijke prerogatieven en ouderlijke verplichtingen (1032-1034) 353
      • Internationale akten inzake ouderlijk gezag en ouderlijke verplichtingen (1035) 354
     
  • § 2. Ouderlijk gezag (1036-1148) 354
    • Algemeen (1036-1041) 354
      • Begripsbepaling (1036) 354
      • 2. Toepassingsgebied (1037-1038) 354
      • 3. Situering (1039) 355
      • 4. Korte historiek (1040) 356
      • 5. Ouderlijk gezag en mensenrechten (1041) 357
     
  • B. Bestanddelen van het ouderlijk gezag (1042-1065) 357
      • Overzicht (1042-1043) 357
      • Recht op persoonlijk contact (1044-1045) 358
      • Gezag over de persoon van de minderjarige (1046-1050) 359
      • Beheer over de goederen van de minderjarige en vertegenwoordigingsbevoegdheid (1051-1055) 360
      • Recht van toezicht (1056-1057) 361
      • Vruchtgenot van de goederen van de minderjarige (1058-1065) 362
      • C. Titularissen en uitoefening van het ouderlijk gezag (1066-1123) 365
      • Algemeen (1066-1072) 365
      • Het gezag over de persoon en het beheer over de goederen (1073-1112) 367
      • Het ouderlijk vruchtgenot (1113-1123) 378
     
  • D. Beperkingen en controle op het ouderlijk gezag (1124-1138) 380
      • Situering (1124) 380
      • Persoonlijkheidsrechten en mensenrechten in hoofde van
      • de minderjarige (1125-1127) 380
      • Civielrechtelijke toezichtsmaatregelen op geldsommen
      • van de minderjarige (1128-1134) 382
      • Jeugdbeschermingsmaatregelen ten aanzien van de ouders (1135) 384
      • Algemene bevoegdheid van de rechtbanken om het ouderlijk gezag te controleren (1136-1137) 384
      • Strafsancties (1138) 385
     
  • E. Begin en einde van het ouderlijk gezag (1139-1148) 385
      • Begin van het ouderlijk gezag (1139) 385
      • Einde van het ouderlijk gezag (1140-1148) 386
     
  • § 3. Ouderlijke verplichtingen (1149-1207) 388
      • Plicht tot levensonderhoud, opvoeding en opleiding (1149-1192) 388
      • Situering (1149) 388
      • Inhoud van de plicht (1150-1153) 388
      • Toepassingsgebied (1154-1161) 389
      • Begin en einde (1162-1172) 391
      • Aandeel van elk van beide ouders (1173-1178) 393
      • 6. Handhavingsrecht en sancties (1179-1192) 395
     
  • B. Plicht tot vergoeding van schade veroorzaakt door de onrechtmatige daad van het kind (1193-1205) 398
      • Inhoud van de regel (1193-1195) 398
      • Toepassingsgebied (1196-1201) 398
      • Grondslag en tegenbewijs (1202-1204) 399
      • Beoordeling (1205) 400
     
  • C. Plicht tot eerbied voor het kind (1206-1207) 400
  • HOOFDSTUK II
  • RECHTSPOSITIE VAN KINDEREN T.A.V. HUN OUDERS
  • (1208-1216) 401
      • Situering (1208) 401
     
  • § 1. Rechten van het kind (1209-1213) 401
      • Recht op zelfstandige uitoefening van persoonlijkheidsrechten en grondrechten (1209) 401
      • Recht op onderhoud, opvoeding en opleiding (1210) 401
      • Hoorrecht in alle procedures die hem betreffen (1211-1213) 402
     
  • § 2. Plichten van het kind (1214-1216) 402
      • Plicht zich te onderwerpen aan het ouderlijk gezag (1214) 402
      • Plicht tot eerbied voor de ouders (1215-1216) 403
     
  • HOOFDSTUK III — VOOGDIJGEZAG (1217-1304) 405
  • § 1. Algemeen (1217-1226) 405
      • Begripsbepaling (1217-1218) 405
      • Toepassingsgebied (1219-1220) 405
      • Situering (1221-1226) 4<>6
      • Volledige en gedeeltelijke voogdij (1221-1224) 406
      • Prerogatieven en plichten (1225-1226) 408
     
  • § 2. Voogdijstructuur (1227-1265) 408
      • Situering (1227-1228) 4<>8
      • Familiale instanties (1229-1261) 409
      • De voogd (1229-1246) 409
      • De familieraad (1247-1255) 412
      • De toeziende voogd (1256-1258) 414
      • De voogd ad hoc — de toeziende voogd ad hoc
      • (1259-1261) 415
      • Overheidsorganen (1262-1265) 415
      • 1. De vrederechter (1262-1263) 415
     
  • 2. Burgerlijke rechtbank (1264) 415
  • 3. Openbaar Ministerie (1265) 416
  • § 3. Bestanddelen en titularissen van het voogdijgezag (1266-1270) 416
      • A . Situering (1266) 4^5
      • B. Overzicht (1267-1269) 416
      • Hypothese van volledige voogdij (1268) 417
      • Hypothese van gedeeltelijke voogdij (1269) 417
      • C. Geen wettelijk vruchtgenot (1270) 417
     
  • § 4. Uitoefening van het voogdijgezag (1271-1296) 418
      • A . Inrichting van de voogdij bij haar openvallen (1271-1281) 418
      • Bijeenroeping van de familieraad (1271) 418
      • Aanduiding van de voogd en van de toeziende voogd (1272) 4I8
      • Vaststelling van het bedrag voor onderhoud en opvoeding (1273-1274) 413
      • Vaststelling van de door de voogd te bieden waarborgen (1275-1276) 4ig
      • Taak van de voogd bij de aanvang van de voogdij (1277-1281) 419
      • B. Uitoefening van het voogdijgezag tijdens de voogdij (1282-1296) 420
      • Gezag over de persoon (1282-1287) 420
      • Beheer over de goederen (1288-1296) 422
     
  • § 5. Einde van de voogdij (1297-1304) 424
      • Gevallen van beëindiging (1297-1299) 424
      • De voogdijrekening (1300-1304) 425
     
  • HOOFDSTUK IV
  • BUITENGEWONE GEZAGSINSTITUTEN (1305-1387) 427
      • Situering (1305) 427
      • § 1. Pleegvoogdij (1306-1332) 427
      • Algemeen (1306-1312) 427
      • Begripsbepaling (1306-1308) 427
      • Pleegvoogdij en pleeggezin (1309-1310) 428
      • Beoordeling (1311-1312) 428
      • Vereisten (1313-1321) 429
      • Toestemming (1313-1315) 429
      • 2. Leeftijdsvereiste in hoofde van de pleegvoogd (1316) 429
     
  • 3. Leeftijdsvereiste in hoofde van de onder pleegvoogdij
      • gestelde (1317) 430
     
  • 4. Enkelvoudigheid of meervoudigheid van pleegvoogden (1318) 430
  • 5. Andere vereisten (1319-1321) 430
      • C. Procedure (1322-1324) 430
      • D. Gevolgen (1325-1330) 431
      • Algemeen (1325) 431
      • Ouderlijke plichten (1326-1327) 431
      • Ouderlijke prerogatieven (1328-1330) 432
      • E. Beëindiging (1331-1332) 433
     
  • § 2. De verlatenverklaring en de overdracht van het ouderlijk gezag op een familielid (1333-1376) 434
      • Algemeen (1333-1334) 434
      • Situering (1333) 434
      • Beoordeling (1334) 435
      • De verlatenverklaring (1335-1357) 435
      • Begripsbepaling (1335) 435
      • Toepassingsgebied (1336-1338) 435
      • Vereisten (1339-1341) 436
      • Procedure (1342-1348) 437
      • Gevolgen (1349-1356) 438
      • Beëindiging (1357) 440
      • De overdracht van het ouderlijk gezag op een familielid (1358-1376) 441
      • Begripsbepaling (1358-1360) 441
      • Toepassingsgebied (1361) 441
      • Vereisten (1362-1363) 442
      • Procedure (1364-1368) 442
      • Gevolgen (1369-1375) 443
      • Beëindiging (1376) 444
     
  • § 3. De voogdij en de materiële bewaring door het O.C.M.W. (1377-1386) 445
      • Situering (1377) 445
      • De voogdij door het O.C.M.W. (1378-1382) 445
      • Gevallen waarin de voogdij wordt ingericht (1378) 445
      • Organisatie van de O.C.M.W.-voogdij (1379-1381) 446
      • Beëindiging (1382) 446
      • De materiële bewaring door het O.C.M.W. (1383-1384) 447
      • Gemeenschappelijke bepalingen inzake voogdij en inzake
      • materiële bewaring (1385-1386) 447
      • Wettelijk vruchtgenot van het O.C.M.W. (1385) 447
      • Erfrechtelijke roeping van het O.C.M.W. (1386) 448
     
  • § 4. Recht van bewaring op grond van de Wet Persoon Geesteszieke
  • (W.P.G.) (1387) 448
  • HOOFDSTUK V
      • HANDELINGSONBEKWAAMHEID VAN MINDERJARIGEN (1388-1432) 449
     
  • § 1. Situering (1388-1390) 449
  • § 2. De vertegenwoordiging van de minderjarige (1391-1425) 449
      • Het vereiste van de vertegenwoordiging (1391-1415) 449
      • Minderjarige die twee ouders heeft (1391-1402) 450
      • Minderjarige die niet twee ouders heeft (1403-1415) 453
      • De sanctie ingeval de minderjarige zelf optreedt (1416-1425) 456
      • Nietigheid van de rechtshandeling (1416-1424) 456
      • Dilatoire exceptie (1425) 457
     
  • § 3. Het zelf optreden van de minderjarige (1426-1432) 458
      • Het zelf doch niet zelfstandig optreden van de minderjarige(1426-1429) 458
      • Bijstand (1427) 458
      • Instemming (1428) 459
      • Verzet (1429) 459
      • Het zelf en zelfstandig optreden van de minderjarige (1430-1432) 460
      • Rechtshandelingen die de minderjarige principieel rechtsgeldig kan stellen (1431) 460
      • Rechtshandelingen die de minderjarige rechtsgeldig kan stellen vanaf een bepaalde leeftijd (1432) 461
     
  • HOOFDSTUK VI — ONTVOOGDING (1433-1486) 463
  • § 1. Algemeen (1433-1437) 463
      • Begripsbepaling (1433-1435) 463
      • Toepassingsgebied (1436-1437) 463
     
  • § 2. Totstandkoming van de ontvoogding (1438-1452) 464
      • Wettelijke ontvoogding (1439) 464
      • Gerechtelijke ontvoogding (1440-1452) 464
      • 1. Bevoegde rechter (1441) 464
     
  • 2. Saisine van de rechter (1442-1446) 464
  • 3. Vereisten (1447-1452) 466
  • § 3. Statuut van de ontvoogde minderjarige (1453-1480) 467
      • Gezag (1453-1455) 467
      • Curatele over de ontvoogde (1456-1460) 468
      • Inrichting van de curatele (1456) 468
      • Aanduiding van de curator (1457-1460) 469
      • Bekwaamheid (1461-1480) 469
      • Situering (1461-1464) 469
      • Het zelf optreden van de minderjarige (1465-1473) 470
      • Verboden rechtshandelingen (1474) 472
      • De sanctieregeling (1475-1480) 472
     
  • § 4. Einde van de ontvoogding (1481-1486) 474
      • Overzicht (1481-1482) 474
      • Intrekking van de ontvoogding (1483-1486) 474
     
  • T I T E L I I I . H U W E L I J K (1487-2059) 477
  • HOOFDSTUK I — ALGEMEEN (1487-1510) 479
  • § 1. De juridische aard van het huwelijk (1487-1497) 479
  • Situering (1487-1489) 479
      • Begripsbepaling (1490-1497) 480
      • § 2. Burgerlijk huwelijk en kerkelijk huwelijk (1498-1501) 482
      • § 3. Het huwelijk en de mensenrechten (1502-1507) 483
      • § 4. Internationaal recht inzake huwelijk (1508-1509) 486
     
  • § 5. Beoordeling (1510) 486
  • HOOFDSTUK II — HET AANGAAN VAN E EN HUWELIJK (1511-1597) 487
  • § 1. Grondvereisten voor het sluiten van een huwelijk (1511-1556) 487
      • Bekwaamheidsvereisten in hoofde van elk der echtgenoten
      • (1511-1521) 487
      • Huwenden in leven (1511-1512) 487
      • Bepaald geslacht (1513-1515) 487
      • Leeftijdsvereisten (1516-1520) 488
      • Ongehuwde staat (1521) 490
      • Bekwaamheidsvereisten m.b.t. de verhouding tussen de
      • huwenden (1522-1535) 490
      • 1. Verschillend geslacht (1522-1525) 490
     
  • 2. Verwantschaps- en aanverwantschapsbeletselen (1526-1533) 492
  • 3. Geen leeftijdsverschil (1534) 494
  • 4. Reparatiehuwelijk mogelijk (1535) 494
      • C. Toestemming van de partijen (1536-1551) 494
      • Beginsel (1536-1537) 494
      • Ontbrekende en gebrekkige toestemming (1538-1551) 495
      • D. Instemming vanwege anderen dan de contractspartijen
      • (1552-1556) 499
      • Instemming vanwege de ouders (1552-1555) 499
      • Instemming van de overheid voor rijkswachters (1556) 501
     
  • § 2. Vormvereisten van de huwelijkssluiting (1557-1560) 501
  • Afkondiging (1557-1558) 501
      • Voltrekking (1559-1560) 502
     
  • § 3. Handhavingsregeling (1561-1590) 502
      • Overzicht (1561-1563) 502
      • Het verzet tegen het huwelijk (1564-1570) 503
      • Begripsbepaling (1564) 503
      • Titularissen (1565) 504
      • Vorm (1566-1567) 504
      • Opheffing (1568-1570) 505
      • De nietigverklaring van het huwelijk (1571-1590) 505
      • Begripsbepaling (1571-1573) 505
      • Gronden (1574-1585) 506
      • Gevolgen (1586-1590) 510
     
  • § 4. Bewijs van de huwelijkssluiting (1591-1597) 512
      • Het voorhanden zijn van de huwelijksakte (1591-1593) 512
      • Algemeen (1591-1592) 512
      • De vermeldingen van de huwelijksakte worden bevestigd
      • door bezit van staat (1593) 512
      • De afwezigheid van een huwelijksakte (1594-1597) 513
      • De huwelijksakte is verloren gegaan (1595) 513
      • De huwelijksakte is weggemaakt door de ambtenaar van
      • de burgerlijke stand of door een derde (1596) 513
      • Het bewijs van de huwelijkssluiting met het oog op de
      • vaststelling van de afstamming (1597) 513
     
  • HOOFDSTUK III
  • HET STATUUT VAN DE GEHUWDEN (1598-1751) 515
      • § 1. Algemeen (1598-1602) 515
      • A. Situering (1598) 515
     
  • B. Primair en secundair huwelijksstelsel (1599-1601) 516
  • C. Korte historiek van het statuut van de gehuwden (1602) 517
  • § 2. De staat en bekwaamheid van de gehuwden (1603-1607) 518
  • Bekwaamheid (1603-1604) 518
  • Staat (1605-1607) 519
  • § 3. Het beschermingsstatuut van de gehuwden (1608-1666) 519
  • Situering (1608) 519
  • De minimumautonomie van de gehuwden (1609-1617) 520
      • De vrijheid van beroep (1609-1611) 520
      • Inning, besteding en bestuur van inkomsten (1612-1614) 521
      • Rekeningen en bankkluizen (1615-1617) 523
      • C. De minimumverbondenheid van de gehuwden (1618-1666) 525
      • De bescherming van de gezinswoning (1618-1642) 525
      • De beperkte onbekwaamheden wegens gezinsbelang
      • (1643-1652) 532
      • De hoofdelijke aansprakelijkheid (1653-1657) 535
      • De vertegenwoordiging tussen echtgenoten (1658-1666) 537
      • § 4. De wederkerige rechten en plichten tussen gehuwden (1667-1708) 539
      • Overzicht (1667) 539
      • De samenwoningsplicht (1668-1677) 539
      • Inhoud (1668) 539
      • De echtelijke verblijfplaats (1669-1673) 540
      • Het vermoeden van samenwoning (1674) 541
      • Sancties (1675-1676) 541
      • Opschorting (1677) 542
      • De getrouwheidsplicht (1678-1681) 542
      • Inhoud (1678) 542
      • Sancties (1679-1680) 542
      • Duur (1681) 542
      • De bijstandsplicht (1682-1684) 543
      • Inhoud (1682) 543
      • Sancties (1683) 543
      • Opschorting (1684) 543
      • De hulp- en bijdrageplicht (1685-1708) 544
      • Inhoud (1685-1695) 544
      • Uitvoering (1696-1699) 547
      • Sancties (1700-1708) 548
     
  • § 5. De dringende voorlopige maatregelen (1709-1732) 551
      • Situering (1709-1710) 551
      • B. Toepassingsvoorwaarden (1711-1716) 552
      • Grof plichtsverzuim en/of ernstige verstoring van de
      • verstandhouding (1711-1713) 552
      • Hoogdringendheid (1714) 553
      • Voorlopig karakter van het gevorderde (1715) 553
      • Afwezigheid van echtscheidingsprocedure (1716) 553
      • C . Inhoud (1717-1729) 554
      • Situering (1717) 554
      • Overzicht van mogelijke maatregelen (1718-1725) 554
      • Beperkingen (1726-1729) 558
      • D. Geldingsduur en aard (1730-1732) 560
      • Geldingsduur (1730-1731) 560
      • Wijzigbaarheid (1732) 560
     
  • § 6. De feitelijke scheiding (1733-1751) 561
      • Begripsbepaling (1733-1736) 561
      • Oorzaken (1737-1746) 562
      • Situering (1737) 562
      • De eenzijdige feitelijke scheiding (1738-1740) 562
      • De conventionele feitelijke scheiding (1741-1745) 563
      • De gerechtelijke feitelijke scheiding (1746) 565
      • Gevolgen (1747-1751) 565
      • Primair huwelijksstelsel (1748) 565
      • Ouderlijk gezag (1749) 566
      • Echtscheiding (1750) 566
      • Erfrecht (1751) 566
     
  • HOOFDSTUK IV — DE ECHTSCHEIDING (1752-2059) 569
      • § 1. Algemeen (1752-1765) 569
      • Situering (1752-1754) 569
      • Overzicht (1752-1753) 569
      • Begripsbepaling (1754) 569
      • Korte historiek van het echtscheidingsrecht (1755-1759) 570
      • C . De echtscheiding en de mensenrechten (1760-1763) 571
      • Beoordeling (1764-1765) 573
     
  • § 2. De echtscheiding op grond van fouten (1766-1908) 574
    • Gronden (1766-1796) 574
    • Overzicht (1766-1771) 574
    • Gemeenschappelijke vereisten (1772-1790) 576
    • Bewijslastverdeling (1791-1793) 582
    • Geen foutcompensatie (1794-1795) 583
    • 5. Toepassingen in de rechtspraak (1796) 584

Paginanummer

Nieuwe zoekopdracht

Generic filters
Uitleenbaar
Ja
Nee
Jaartal
Filter by Type
Monografie
Reeks
Tijdschrift