Inhoudstabel:

  • WOORD VOORAF ...................................... V
  • HOOFDSTUK 1. HET NOTARIEEL BEROEP ............... 1
  • Afdeling 1. Verleden, heden en toekomst .................... 3
  • 1. Verleden ........................................... 3
  • 2. Heden ............................................ 5
  • 3. Toekomst .......................................... 12
  • Aanpassing aan de nieuwe maatschappij ................. 12
  • Nieuwe gegevens ................................. 13
  • III. Nieuwe behoeften ................................ 32
  • Afdeling 2. Diverse aspecten van het notarieel beroep .......... 39
  • 1. Notaris-openbaar ambtenaar ........................... 39
  • Begrip openbaar ambtenaar .......................... 39
  • Ambtenaar van een speciale soort ..................... 42
  • III. Gevolgen van het openbaar ambtenaar zijn ............. 43
  1. Niet de enige openbaar ambtenaar .................... 50
  2. Tot het verlijden van authentieke akten ................. 52
  3. Verplichte notariële akten .......................... 53
  • VII. Niet-verplichte notariële akten ...................... 59
  • VIII. Keuze van de notariële akte ....................... 60
  1. Voorafgaande en navolgende formaliteiten .............. 62
  2. Notariële akten versus certificeren en legaliseren van onderhandse akten ................................ 65
  1. Om dagtekening ervan te verzekeren, ze te bewaren en grossen en uitgiften af te leveren ..................... 67
  • 2. Notaris-juridisch dienstverlener ......................... 69
  1. Allround practicus en vermogensplanner ................ 69
  2. Toepasselijke regels ............................... 74
  • III. Belang voor de cliënt en notaris ...................... 75
  1. Rechtsfiguur .................................... 76
  • 3. Notaris-raadsman .................................... 76
  1. Belang van de raadgeving ............................ 76
  2. Voorbeelden van raad .............................. 80
 
  • 4. Notaris-vertrouwensman .............................. 92
  • 5. Notaris-bemiddelaar ................................. 97
  • 6. Notaris-eerste rechter ................................. 98
  • 7. Notaris-beschermer van de rechten van derden .............. 104
  • 8. Notaris-dienaar van de staat en gewesten .................. 104
  • 9. Notaris-hoeder van onroerend erfgoed en milieu ............ 106
  • 10. Notaris-verzoeker en volmachtdrager .................... 107
  • 11. Notaris-beheerder dan wel bewaarder van vermogens, van stukken of van goederen .............................. 109
  • 12. Notaris-schatter van goederen ......................... 109
  • 13. Notaris-dienaar en schepper van recht ................... 110
  • 14. Notaris-ondernemer ................................. 114
  • Afdeling 3. Bevoegdheid van de notaris ..................... 115
  • 1. Materiële bevoegdheid ................................ 115
  1. Algemene en exclusieve bevoegdheid ................... 115
  2. Uitzonderingen ................................... 120
  • III. Proces-verbaalakten ............................... 123
  1. Bijzondere bevoegdheden .......................... 123
  • 2. Territoriale bevoegdheid .............................. 126
  1. Binnen het gerechtelijk arrondissement ................. 126
  2. Uitzondering ..................................... 127
  • III. Akten in of voor het buitenland ...................... 131
  1. Verplichte vermelding in akte – Sanctie: nietigheid ....... 132
  2. Begrip standplaats ................................. 133
  • 3. Persoonlijke bevoegdheid ............................. 134
  1. Artikel 8 Notariswet – Verboden familiegroep – Verboden rechtspersoon ..................................... 134
  1. Ratio legis .................................... 134
  2. Verboden familiegroep ........................... 135
  3. Verboden rechtspersoon .......................... 137
  4. Andere akten .................................. 138
  5. Partij zijn ..................................... 139
  6. Beding in voordeel .............................. 140
  7. Sanctie ...................................... 146
  8. Artikel 6, 4° Notariswet – Optreden van medewerkers ..... 147
  • 4. Aard van de nietigheid als sanctie ....................... 149
 
  • Afdeling 4. Onpartijdigheid en ambtsverlening ............... 151
  • 1. Onpartijdigheid en onafhankelijkheid .................... 151
  • 2. Evenwicht in de contracten ............................ 153
  • 3. Ambtsverlening en ambtsweigering ...................... 162
  1. Ambtsverlening ................................... 162
  2. Ambtsweigering .................................. 164
 
  • HOOFDSTUK 2. DE NOTARIËLE AKTE .................. 173
  • Afdeling 1. Algemeen .................................... 175
  • Afdeling 2. Personen in de notariële akte .................... 177
  • 1. De notaris ......................................... 177
  1. Geen notariële akte zonder notaris ..................... 177
  2. Wijze van vermelding van notaris ..................... 179
  • III. Wie verlijdt de notariële akte? ....................... 181
  1. Hoe is de taakverdeling tussen notarissen? .............. 183
  2. Bekwaamheid van de notaris ......................... 184
  • 2. De partijen ......................................... 186
  1. Het begrip partij ................................... 186
  2. Juridische bekwaamheid van partijen .................. 186
  • III. Fysieke bekwaamheid van partijen – Gezond van geest zijn ........................................... 190
  1. Mogelijke andere gebreken (dwaling, geweld, bedrog, benadeling) ..................................... 193
  1. Persoonlijke verschijning dan wel bij volmacht ........... 194
  • 3. De getuigen ........................................ 197
  1. Vormgetuigen ..................................... 197
  2. Bevestigende of attesterende getuigen .................. 202
  • III. Eregetuigen ..................................... 205
  • Afdeling 3. Inhoud van de akte ............................ 207
  • 1. Algemeen: het verwoorden van de wilsovereenstemming ...... 207
  1. Beschrijving van alle feitelijke en juridische gegevens ...... 207
  2. De gekozen rechtshandeling ......................... 207
  • III. De achterliggende bedoeling of oorzaak ............... 208
  1. Extra aandachtspunten ............................. 209
  2. Rechtszekere clausules ............................. 210
  3. Discretie in de akte ............................... 212
  • VII. Materiële vergissingen ............................ 213
 
  • 2. De verplichte vermeldingen ............................ 213
  1. In alle akten ...................................... 213
  2. Op straffe van mogelijke sanctie (doorgaans boete) ..... 213
  3. Naam enz. van de notaris ....................... 213
  4. Naam enz. van de partijen ...................... 214
  5. Bevestiging van de identiteit op grond van documenten ................................. 220
  1. Sommen en dagtekeningen ...................... 227
  2. Aanhechting van volmachten .................... 227
  3. Vermelding van voorlezing en toelichting ........... 227
  4. Op straffe van nietigheid ......................... 228
  5. Algemeen ................................... 228
  6. Plaats van het verlijden van de akte ............... 228
  7. Datum van de akte ............................ 230
  8. Identiteitsgegevens van de getuigen ............... 232
  9. Vermelding van de ondertekening ................. 233
  10. In bepaalde akten ................................. 234
  11. Akten ter in- of overschrijving op de AAPD ........... 234
  12. Vermeldingen voor de registratiebelasting/het registratierecht ................................. 235
  1. Vennootschapsakten ............................. 236
  2. Stedenbouw ................................... 237
  3. Specifieke vermeldingen ingevolge bepaalde wetgeving ... 237
  • 3. Verboden vermeldingen ............................... 240
  • 4. Diverse goede, minder goede, nietige of ongeoorloofde clausules en procedés ................................. 241
  1. Nietige bedingen .................................. 241
  2. Onduidelijke clausules ............................. 244
  • III. Juiste benamingen ................................ 244
  1. Onrechtmatige bedingen ........................... 245
  2. Oneerlijke praktijken of ongeoorloofde procedés ......... 246
  3. Overbodige clausules .............................. 246
  • VII. Fouten in de akte ................................ 247
  • VIII. Te mijden clausules .............................. 248
  1. Aan te raden clausules ............................. 249
  • 5. Structuur van de inhoud ............................... 250
  1. Indeling van de notariële akte ......................... 250
  2. Ontwerp van de notariële akte ........................ 252
 
  • Afdeling 4. Formele vereisten ............................. 255
  • 1. Algemeen .......................................... 255
  • 2. Geschreven, getypte of gedematerialiseerde akten ........... 256
  • 3. Sommen en data voluit ................................ 260
  • 4. Formaliteit van de voorlezing ........................... 261
  • 5. Bladen nummeren, paraferen en akte ondertekenen .......... 269
  1. Nummeren en paraferen ............................. 269
  2. Ondertekening ................................... 270
  • 6. Verzending of renvooi ................................ 274
  • 7. Doorhalingen ....................................... 278
  • 8. Verboden overschrijvingen, tussenregels en bijvoegingen ...... 279
  • 9. Akte in minuut ...................................... 280
  • 10. Taal van de notariële akte ............................. 283
  1. Taalgebruik en notariële ambtsverlening ................ 283
  2. Wettelijke beperking op de taalvrijheid ................. 286
  3. Taal in gerechtszaken – Wet van 15 juni 1935 ......... 286
  4. Koninklijk besluit van 18 juli 1966 tot coördinatie van de wetten op het taalgebruik in bestuurszaken ......... 288
  1. Eerste Nederlandstalig Taaldecreet van 19 juli 1973 (Septemberdecreet) ............................. 289
  1. Tweede Vlaams Taaldecreet van 30 juni 1981 ......... 291
  2. Frans Taaldecreet van 30 juni 1982 ................. 291
  • 11. De elektronische notariële akte ........................ 292
  1. Evolutie naar een gedematerialiseerde notariële akte ....... 292
  2. Wat te denken van de toekomst? ...................... 299
  • III. Te verwachten gedematerialiseerde notariële akten ....... 302
  • Afdeling 5. Bewijswaarde en uitvoerbare kracht, legalisatie of apostille ..................................... 307
  • 1. Bewijswaarde ...................................... 307
  1. Bewijsmiddelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 307
  2. Authentieke bewijswaarde als instrumentum ............. 308
  • III. Authentieke bewijswaarde als negotium ................ 308
  1. Tegenstelbaarheid van de akte ....................... 314
  2. Bewijswaarde van uitgifte, bijlage en bij verwijzing –
  • Nietigheid ....................................... 315
  1. Nietige notariële akte ............................. 315
  • VII. Onderhandse akte ................................ 316
 
  • 2. Uitvoerbare kracht ................................... 317
  1. Begrip uitvoerbare kracht ............................ 317
  2. Wijze van tenuitvoerlegging ......................... 322
  • 3. Bewijswaarde en uitvoerbare kracht in het buitenland ........ 327
  1. Algemeen ........................................ 327
  2. Internationale erkenning en bewijswaarde ............... 329
  • III. Internationale uitvoerbaarheid ....................... 331
  • Afdeling 6. De bijlage, de neerlegging onder minuut en de verwijzing ................................... 337
  • 1. De bijlage ......................................... 337
  1. Begrip bijlage .................................... 337
  2. Soorten van aanhechting ............................ 338
  • III. Praktische uitwerking ............................. 340
  • 2. Neerlegging onder minuut ............................. 341
  1. Begrip neerlegging ................................. 341
  2. Soorten van neerlegging ............................ 343
  • III. Praktische uitwerking ............................. 345
  • 3. De verwijzing ...................................... 345
  • Afdeling 7. Werkzaamheden voor en na notariële akte ......... 351
  • 1. Formaliteiten vooraf ................................. 351
  • 2. Repertorium ........................................ 352
  • 3. Bewaring van minuten (repertoria) en stukken .............. 353
  1. Bewaarplicht ..................................... 353
  2. Niet uit handen geven .............................. 354
  • III. Uitzondering .................................... 355
  1. Gedematerialiseerde bewaring ....................... 357
  • 4. Afleveren van uitgiften, uittreksels, grosse ................. 358
  1. De uitgifte ....................................... 358
  2. Het uittreksel .................................... 362
  • III. De grosse ...................................... 363
  1. Attesten – Fotokopies .............................. 365
  • 5. Mededeling van notariële akten en stukken ................ 366
  • 6. Beroepsgeheim, discretieplicht en privacybescherming ....... 371
  1. Beroepsgeheim .................................... 371
  2. Discretieplicht ................................... 376
  • III. Privacybescherming ............................... 376
  • 7. Formaliteiten na akte niet opgenomen in de Notariswet ....... 377
   
  • HOOFDSTUK 3. DE NOTARIS ........................... 381
  • Afdeling 1. Benoeming tot kandidaat-notaris en notaris ........ 383
  • 1. Geen vrije vestiging .................................. 383
  • 2. Numerus clausus – Spreiding ........................... 383
  • 3. Benoeming tot kandidaat-notaris ........................ 386
  • 4. Benoeming tot notaris-titularis .......................... 399
  • 5. Benoeming tot geassocieerd notaris ...................... 402
  • 6. Benoeming tot toegevoegd notaris ....................... 404
  • 7. Benoeming tot notaris-plaatsvervanger ................... 406
  • 8. Duur van benoeming als notaris ......................... 409
  • 9. Standplaats ........................................ 410
  • 10. Aanvang van het ambt als notaris ....................... 412
  • Afdeling 2. Ambtsbeëindiging als notaris .................... 415
  • Afdeling 3. Associaties of vennootschappen tussen notarissen .... 423
  • 1. Soorten vennootschappen .............................. 423
  • 2. Inhoud van de statuten ................................ 431
  • Afdeling 4. Onverenigbaarheden ........................... 437
  • Afdeling 5. Verboden (bij)activiteiten ....................... 439
 
  • HOOFDSTUK 4. DE NOTARIËLE BEROEPSORGANISATIE .. 445
  • Afdeling 1. De wettelijke inrichting ........................ 447
  • 1. Het provinciale Genootschap van Notarissen ............... 447
  • 2. De Nationale Kamer van Notarissen ...................... 453
  • 3. Commissies van Toezicht .............................. 457
  • 4. Adviescommissies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 458
  • 5. Evaluatiecommissies ................................. 459
  • 6. Benoemingscommissies ............................... 459
  • 7. Motivering van besluiten .............................. 463
  • Afdeling 2. Privéstructuur van het Belgisch notariaat .......... 465
  • Afdeling 3. De Europese CNUE en de Notariële Wereldorganisatie
  • UINL ....................................... 469
  • 1. De CNUE – De Notariële Raad van de Europese Unie ........ 469
  • 2. De UINL – De Internationale Unie van het Notariaat ......... 471
 
  • HOOFDSTUK 5. HET NOTARISKANTOOR ................ 473
 
  • HOOFDSTUK 6. DE NOTARIËLE DEONTOLOGIE .......... 481
  • Afdeling 1. Plichtenleer .................................. 483
  • 1. Algemeen .......................................... 483
  • 2. Tegenover de maatschappij ............................ 485
  • 3. Tegenover het cliënteel ............................... 487
  • 4. Tegenover de collega’s ................................ 497
  • 5. Tegenover de notariële instellingen ...................... 499
  • 6. Tegenover de medewerkers ............................ 500
  • Afdeling 2. Tuchtrecht ................................... 503
  • 1. Begrip tuchtrecht .................................... 503
  • 2. Nieuwe tuchtprocedure ............................... 506
 
  • HOOFDSTUK 7. DE NOTARIËLE AANSPRAKELIJKHEID ... 515
  • Afdeling 1. Algemeen .................................... 517
  • Afdeling 2. Strafrechtelijke aansprakelijkheid ................ 519
  • Afdeling 3. Burgerlijke aansprakelijkheid ................... 523
  • 1. Buitencontractuele dan wel contractuele verbintenis –
  • Middelenverbintenis dan wel resultaatsverbintenis ........... 523
  • 2. Fout, schade en oorzaak ............................... 525
  • 3. Overtreding van notariële plichten als openbaar ambtenaar en dienstverlener ...................................... 533
  • 4. Overtreding van notariële plichten als openbaar ambtenaar alleen ............................................. 535
  1. In verband met de organisatie van het beroep ............. 535
  2. Algemeen .................................... 535
  3. Koopakten .................................... 536
  4. Hypothecaire leningen ........................... 543
  5. Handelshuur .................................. 544
 
  1. Opheffingsakte ................................. 544
  2. Vereffeningen-verdelingen ........................ 544
  3. Vennootschappen ............................... 545
  4. Testamenten ................................... 546
  5. Huwelijkscontracten – Wijziging huwelijkse voorwaarden ................................... 546
  1. Schenkingen ................................... 547
  2. Echtscheidingen ............................... 548
  3. Overdracht handelszaak .......................... 548
  4. Basisakte .................................... 548
  5. Aangifte nalatenschap ........................... 548
  6. Ouderlijke boedelverdeling ....................... 549
  7. In verband met de vorm van de akte en formaliteiten ...... 549
  • III. In verband met de plicht om raad te geven .............. 550
  1. Koopakten .................................... 550
  2. Hypothecaire lening ............................. 553
  3. Schenkingsakten ............................... 553
  4. Vennootschapsakten ............................. 554
  5. Huurcontracten ................................ 554
  6. Huwelijkscontracten ............................. 554
  7. Hypothecair mandaat ............................ 555
  8. Registratiebelasting – Registratierecht ............... 555
  9. Erfbelasting – Successierecht ...................... 555
  10. Directe belastingen .............................. 556
  • 5. Overtreding van plichten als dienstverlener ................ 557
  • 6. Aansprakelijkheid voor medewerkers ..................... 557
  • 7. Aansprakelijkheid als mede-instrumenterende, tussenkomende
of vervangende notaris ................................ 557
  • 8. Verzekering ........................................ 558
  • 9. Verjaring .......................................... 559
  • Afdeling 4. Tuchtrechtelijke aansprakelijkheid ............... 561
  • MEEST GECITEERDE WERKEN .......................... 563
  • TREFWOORDENREGISTER .............................. 567

Paginanummer

Nieuwe zoekopdracht

Generic filters
Uitleenbaar
Ja
Nee
Jaartal
Filter by Type
Monografie
Reeks
Tijdschrift