Persoonlijke kopie van ()
x
Intersentia
Inhoud
1.1.4.
Onafhankelijkheid, onpartijdigheid en neutraliteit van
de bemiddelaar (art. 1726, §
1 Ger.W.)
...................
160
1.2.
Taak van de bemiddelaar
.....................................
162
1.2.1.
De bemiddelaar geeft structuur aan het traject
...........
162
1.2.2.
De bemiddelaar faciliteert de communicatie
.............
163
1.2.3.
De bemiddelaar doorbreekt de impasses, ook blokkages
of hindernissen genoemd
..............................
164
2.
De rol van de advocaat bij een bemiddeling
..........................
164
2.1.
Voor de bemiddeling: voorbereiding en spiegel voorhouden!
....
169
2.1.1.
De bemiddeling werd contractueel niet overeengekomen
.
169
2.1.2.
De bemiddeling werd contractueel overeengekomen
.....
170
2.2.
Tijdens de bemiddeling: attitude & creativiteit!
.................
170
2.3
Einde van de bemiddeling: consistentie & competentie!
.........
170
3.
De rol van de magistraat bij een bemiddeling
........................
172
3.1.
Analyse van het dossier
.......................................
172
3.2.
Het aankaarten van de bemiddeling bij de partijen en
raadsmannen
................................................
174
3.2.1.
Verstrekken van informatie over de inhoud van
bemiddeling
..........................................
174
3.2.2.
Omgaan met weerstand
................................
174
3.2.3.
Commitment kweken bij partijen en hun adviseurs
......
175
3.3.
Het momentum om bemiddeling voor te stellen
................
176
3.3.1.
De inleidingszitting
...................................
177
3.3.2.
Na eerste conclusie verwerende partij
...................
177
3.3.3.
Na conclusie verwerende partij én eisende partij
.........
177
3.3.4.
In afwachting van een pleitdatum en voor de pleidooien
..
178
3.3.5.
Tijdens de pleitzitting maar in ieder geval voor het in
beraad nemen
.........................................
178
3.3.6.
Bij heropening der debatten en persoonlijke verschijning
conform artikel 992 Ger.W.
............................
178
3.3.7.
In graad van beroep
...................................
179
3.4.
De aanstelling van de bemiddelaar en het verdere verloop van
de bemiddeling
..............................................
179
Conclusie
..............................................................
180
Bibliografie
.............................................................
181
Moet er nog gepleit worden in strafzaken?
Joris V
an
C
auter
.................................................
183
Inleiding
...............................................................
183
1.
De verruimde minnelijke schikking in strafzaken
...................
185
1.1.
Materieel en procedureel toepassingsgebied
....................
185
1.2.
De procedure
................................................
187
Smaakmakers.indd 10
3-5-2016 12:01:32
Persoonlijke kopie van ()