Synopsis van het Belgische arbeidsrecht – 2020

Beschrijving

Auteur: Humblet P., Rigaux M.

Type werk: Monografie

Uitgever: Intersentia, Antwerpen 2020

Aantal pagina's: P.145

Barcode: GT00010084

ISBN: 9789400008281

Beschikbaar: ja

Uitleeninformatie

Deel van:

Aantal exemplaren: 1

Uitleenbaar: Ja

Plaatskenmerk:

SOC 10 HUMB 2020

Korte inhoud:

Inhoudstabel:

Woord vooraf .............................................................. v Deel I. Inleiding ......................................................... 1 I. Arbeid en recht ........................................................ 1 Hoofdstuk 1. Algemeen ................................................ 1 Hoofdstuk 2. Beknopt historisch overzicht .............................. 1 II. Arbeidsrecht: toepassingsgebied ........................................ 3 Hoofdstuk 1. Toepassingsgebied ratione personae ........................ 3 Hoofdstuk 2. Toepassingsgebied ratione materiae ........................ 3 Hoofdstuk 3. Toepassingsgebied ratione loci ............................. 4 III. Eigenheid van de rechtstak ............................................. 4 IV. Arbeidsrecht: publiekrecht of privaatrecht? .............................. 4 V. De bronnen van het arbeidsrecht ........................................ 5 Hoofdstuk 1. Overzicht van de rechtsbronnen ........................... 5 Afdeling 1. Internationale rechtsbronnen ............................ 5 Afdeling 2. Nationale rechtsbronnen ................................ 9 § 1. De Grondwet .................................................. 9 § 2. De wet ........................................................ 9 § 3. Rechtspraak ................................................. 10 § 4. Rechtsleer ................................................... 10 § 5. Andere rechtsbronnen ....................................... 10 Afdeling 3. Eigen rechtsvorming .................................. 10 § 1. Conventioneel recht .......................................... 10 § 2. Eigen rechtsvorming van reglementaire aard ................... 11 Hoofdstuk 2. Hiërarchie van de rechtsbronnen ........................ 11 Deel II. Sociaal handhavingsrecht ...................................... 13 I. De arbeidsgerechten ................................................. 13 Hoofdstuk 1. Historiek ............................................... 13 Hoofdstuk 2. De bevoegdheid ........................................ 14 Hoofdstuk 3. De inrichting ........................................... 15 Afdeling 1. De zetel .............................................. 15 Afdeling 2. Het Openbaar Ministerie .............................. 16 Hoofdstuk 4. Procesbevoegdheid ..................................... 16 Synopsis.indd 7 23-9-2014 9:59:01 Persoonlijke kopie van () viii Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht Hoofdstuk 5. Wisselwerking met andere rechtscolleges ................. 16 II. Inspectiediensten .................................................... 17 III. Sociaal strafrecht .................................................... 18 IV. Administratieve geldboeten .......................................... 19 Deel III. Recht i.v.m. de arbeidsmarkt .................................. 21 I. Arbeidsmarkt, sociale concurrentie en recht ........................... 21 II. Organisatie van de arbeidsmarkt...................................... 22 Hoofdstuk 1. De beperking van de toegang tot de nationale arbeidsmarkt: de contingentering op nationaal niveau .................. 22 Hoofdstuk 2. De beperking van de toegang tot bepaalde segmenten van de nationale arbeidsmarkt: het havenbedrijf ....................... 24 III. De arbeidsbemiddeling .............................................. 25 Hoofdstuk 1. Arbeidsbemiddeling, arbeidsvoorziening en plaatsing ..... 25 Hoofdstuk 2. De organisatie van de arbeidsbemiddeling ................ 25 IV. Recht i.v.m. werkgelegenheid ......................................... 26 Hoofdstuk 1. Algemene werkgelegenheidsbevorderende maatregelen .... 26 Afdeling 1. Het drukken van loon- en arbeidskosten ............... 27 § 1. Loonvorming: van vrije naar geleide onderhandelingen......... 27 § 2. Procedure om de loonnorm vast te leggen ..................... 28 § 3. Bijsturingsmechanismen ..................................... 29 Afdeling 2. Een versoepeling van de arbeidsvoorwaarden ........... 29 Afdeling 3. De herverdeling van de beschikbare arbeid(stijd) ........ 30 Afdeling 4. Verhoging van de inzetbaarheid van de werknemers (employability) ................................................... 30 Hoofdstuk 2. Werkgelegenheidsbevorderende maatregelen ten voordele van bepaalde risicogroepen .................................. 31 Deel IV. Individueel arbeidsrecht ....................................... 33 I. De arbeidsovereenkomst ............................................. 33 Hoofdstuk 1. Begrip ................................................. 33 Hoofdstuk 2. Band van ondergeschiktheid ............................. 34 Afdeling 1. Inhoud en belang ..................................... 34 Afdeling 2. Evolutie .............................................. 35 Afdeling 3. Bewijs................................................ 35 Afdeling 4. Beoordelingselementen ............................... 36 Afdeling 5. Andere gelijkaardige overeenkomsten .................. 37 Afdeling 6. Schijnzelfstandigen ................................... 37 § 1. Begrip ...................................................... 37 § 2. De arbeidsrelatiewet ......................................... 38 A. Principes ................................................ 38 Synopsis.indd 8 23-9-2014 9:59:01 Persoonlijke kopie van () Intersentia ix Inhoud B. De Administratieve commissie ter regeling van de arbeidsrelatie ............................................ 40 C. Weerlegbaar vermoeden van een arbeidsovereenkomst ..... 41 D. Gunstregeling in geval van herkwalificatie ................. 42 Hoofdstuk 3. Bewijs van de individuele arbeidsovereenkomst ........... 44 II. Het sluiten van de overeenkomst ...................................... 46 Hoofdstuk 1. Aanwervingsvrijheid en aanwervingsrecht ................ 46 Afdeling 1. Verplichting tot aanwerving van bepaalde arbeidskrachten ................................................. 47 Afdeling 2. Discriminatieverbod .................................. 47 § 1. Meer dan dertig jaar discriminatiewetgeving .................. 47 § 2. De nieuwe antidiscriminatiewetgeving ........................ 48 § 3. Voortdurend in beweging .................................... 51 Afdeling 3. Selectiecriteria ........................................ 53 § 1. Algemene criteria ............................................ 53 § 2. Criteria voor wederaanwerving ............................... 53 Afdeling 4. Verplichtingen van de werkgever t.a.v. de sollicitant ..... 54 § 1. Basis ........................................................ 54 § 2. Plichten ..................................................... 54 § 3. Gedragsregels ............................................... 54 § 4. De gedragscode .............................................. 55 A. Wervingskanalen, wervings- en selectieprocedures ......... 56 B. Gestelde eisen ........................................... 56 C. De beoordeling .......................................... 56 D. Aantekeningen .......................................... 57 E. Klachten van de sollicitant ............................... 57 F. Feedback ................................................ 57 Afdeling 5. Het aanwervingsonderzoek ............................ 57 § 1. De voorafgaande gezondheidsbeoordeling ..................... 57 § 2. Uitbreiding tot andere werknemers ........................... 58 § 3. Medische tests ............................................... 58 Afdeling 6. De aanwervingsmelding ............................... 59 Hoofdstuk 2. Algemene beginselen van het contractenrecht in het raam van de arbeidsovereenkomst .................................... 59 Afdeling 1. Wilsautonomie van de partijen ........................ 59 Afdeling 2. Consensualisme ...................................... 60 Afdeling 3. Contract is wet ....................................... 60 Afdeling 4. Uitvoering van de overeenkomst te goeder trouw ....... 60 Hoofdstuk 3. Geldigheidsvereisten .................................... 61 Afdeling 1. Bekwaamheid ........................................ 61 § 1. Minderjarigen ............................................... 61 § 2. Meerderjarige beschermde personen .......................... 61 § 3. Gehuwde personen .......................................... 61 Synopsis.indd 9 23-9-2014 9:59:01 Persoonlijke kopie van () x Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht Afdeling 2. Geldige toestemming ................................. 62 § 1. Dwaling .................................................... 62 § 2. Geweld...................................................... 62 § 3. Bedrog ...................................................... 62 § 4. Benadeling .................................................. 63 Afdeling 3. Geoorloofd voorwerp en oorzaak ...................... 64 Hoofdstuk 4. Vormvereisten .......................................... 64 Afdeling 1. Filosofie .............................................. 64 Afdeling 2. Principes ............................................. 65 Afdeling 3. Elektronische handtekening / elektronische documenten ..................................................... 65 Hoofdstuk 5. Soorten arbeidsovereenkomsten ......................... 65 Afdeling 1. Duur waarvoor de arbeidsovereenkomst werd aangegaan ....................................................... 66 § 1. Algemeen ................................................... 66 § 2. Opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd ..... 66 Afdeling 2. Precisering van het te verrichten werk .................. 68 Afdeling 3. Aard van het werk of hoedanigheid van de persoon die de arbeid presteert ............................................... 68 Afdeling 4. De vervangingsovereenkomst.......................... 71 § 1. Principe ..................................................... 71 § 2. Vormvereisten ............................................... 71 § 3. Arbeidsovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd ......... 71 § 4. Beëindiging ................................................. 72 A. Vervangingsovereenkomst voor bepaalde tijd .............. 72 B. Vervangingsovereenkomst voor onbepaalde tijd ........... 72 1. Algemeen ........................................... 72 2. Vóór het einde van de vervanging ..................... 73 3. Bij terugkeer van de vervangen werknemer ............ 73 Afdeling 5. Deeltijdse arbeid ...................................... 74 § 1. Wat is deeltijdse arbeid? ...................................... 74 § 2. Vormvereisten ............................................... 74 § 3. De bescherming van de deeltijdse werknemer .................. 75 A. De éénderderegel ........................................ 75 B. De drie-urenregel ........................................ 75 C. De bekendmaking van de werkroosters .................... 75 D. De werkgever moet bepaalde documenten bijhouden ....... 76 E. Een te grote flexibiliteit is financieel niet aantrekkelijk voor de werkgever ....................................... 76 F. Deeltijdse arbeid als uitzondering ......................... 76 G. Discriminatieverbod ..................................... 77 H. Varia ................................................... 77 Hoofdstuk 6. De inhoud van de overeenkomst ......................... 78 Synopsis.indd 10 23-9-2014 9:59:01 Persoonlijke kopie van () Intersentia xi Inhoud Afdeling 1. Verboden bedingen ................................... 78 § 1. Bepaalde ontbindende bedingen .............................. 78 § 2. Het wijzigingsbeding ........................................ 78 Afdeling 2. In de arbeidsovereenkomstenwet geregelde bedingen .... 79 § 1. Het proefbeding ............................................. 79 § 2. De borgtocht ................................................ 79 § 3. Het scheidsrechterlijk beding ................................. 79 § 4. Het concurrentiebeding ...................................... 79 § 5. Het delcrederebeding ........................................ 79 § 6. Het scholingsbeding ......................................... 80 Afdeling 3. Niet door de wetgever geregelde bedingen .............. 80 III. Tewerkstelling ....................................................... 80 Hoofdstuk 1. Rechten en plichten ..................................... 80 Afdeling 1. Plichten van de werkgever ............................. 81 § 1. Algemeen ................................................... 81 § 2. Verplichtingen i.v.m. het vertrek naar het buitenland ........... 82 § 3. Het betalen van loon ......................................... 82 A. Het loonbegrip in de loonbeschermingswet ................ 82 B. Bescherming op verschillende niveaus ..................... 83 C. Bedrag van het loon ...................................... 85 § 4. Het respecteren van de arbeidsduurgrenzen ................... 85 A. Overzicht ............................................... 85 B. Toepassingsgebied ....................................... 86 C. Begrip ‘arbeidstijd’ ....................................... 86 D. De arbeidsduurgrenzen .................................. 87 E. Overwerk ............................................... 87 F. Handhaving ............................................. 88 § 5. Taalgebruik ................................................. 88 § 6. Het overhandigen van een arbeidsreglement ................... 92 A. Inhoud .................................................. 93 B. Binding ................................................. 93 C. Opstellen/wijzigen ....................................... 93 D. Ontslagbescherming ..................................... 93 E. Sancties ................................................. 94 Afdeling 2. Plichten van de werknemer ............................ 94 Hoofdstuk 2. Aansprakelijkheid ...................................... 95 Afdeling 1. Vooraf ............................................... 95 Afdeling 2. De (buiten)contractuele aansprakelijkheid van de werknemer ten aanzien van de werkgever .......................... 96 § 1. De contractuele aansprakelijkheid ............................ 96 § 2. Samenloop van contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid ............................................ 98 § 3. Aansprakelijkheid voor gebrekkig werk ....................... 99 Synopsis.indd 11 23-9-2014 9:59:01 Persoonlijke kopie van () xii Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht Afdeling 3. De buitencontractuele aansprakelijkheid ten aanzien van derden ...................................................... 99 Hoofdstuk 3. Schorsing ............................................. 101 Afdeling 1. Algemeen ........................................... 101 § 1. Definitie ................................................... 101 § 2. Soorten .................................................... 101 A. Oorsprong ............................................. 101 B. Gewaarborgd loon ...................................... 102 § 3. Situering ................................................... 102 Afdeling 2. Overmacht .......................................... 103 Afdeling 3. Schorsing met recht op gewaarborgd dagloon .......... 104 § 1. Vertraging en afwezigheden ................................. 104 § 2. Onderbroken arbeidsdag .................................... 104 § 3. Uitoefenen van de stemplicht ................................ 105 Afdeling 4. Jaarlijkse vakantie ................................... 105 § 1. Inleiding ................................................... 105 § 2. De duur van de jaarlijkse vakantie ........................... 105 § 3. Aanvullende vakantie ....................................... 106 § 4. Het vakantiegeld ............................................ 107 § 5. Tijdstip van de vakantie ..................................... 108 § 6. Vakantie en ziekte .......................................... 109 Afdeling 5. Klein verlet of kort verzuim .......................... 109 § 1. Reden en duur van de afwezigheid ........................... 110 A. Huwelijk van de werknemer ............................. 110 B. Huwelijk van bepaalde familieleden van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e) .......................... 110 C. Priesterwijding of intrede in het klooster van bepaalde familieleden van de werknemer .......................... 110 D. Geboorte van een kind van de werknemer ................ 111 E. Overlijden van bepaalde familieleden van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e) .......................... 112 F. Plechtige communie van een kind van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e) ............................ 112 G. Deelname aan het feest van de vrijzinnige jeugd door een kind van de werknemer of van zijn/haar echtgeno(o)t(e).......................................... 112 H. Verplichtingen in het raam van de militie ................ 112 I. Deelneming aan een jury, oproeping als getuige voor de rechtbank of persoonlijke verschijning op aanmaning van de arbeidsrechtbank ................................ 113 J. Uitoefenen van bepaalde ambten in het raam van de verkiezingen ............................................ 113 § 2. Deeltijdse arbeid ............................................ 113 echtgeno(o)t(e) volgende regel Synopsis.indd 12 23-9-2014 9:59:01 Persoonlijke kopie van () Intersentia xiii Inhoud § 3. Modaliteiten ............................................... 114 Afdeling 6. Feestdagen .......................................... 114 § 1. Wettelijke feestdagen ....................................... 114 § 2. Vervangingsdagen .......................................... 115 § 3. Inhaalrustdagen ............................................ 115 § 4. Loonwaarborg .............................................. 115 Afdeling 7. Ziekte en ongeval van gemeen recht ................... 115 § 1. Notie ‘arbeidsongeschiktheid’ ............................... 116 § 2. Loonwaarborg .............................................. 116 A. Werklieden ............................................. 116 1. Anciënniteitsvoorwaarde ............................. 116 2. Omvang ............................................ 116 B. Bedienden .............................................. 117 1. Bedienden aangeworven voor korte duur .............. 117 2. Andere bedienden ................................... 117 C. Hervallen .............................................. 118 1. Begrip .............................................. 118 2. Regel ................................................ 118 3. Uitzonderingen ..................................... 119 D. Uitsluitingsgronden ..................................... 119 E. Verhaal ................................................ 120 § 3. Verplichtingen van de werknemer............................ 120 A. Kennisgeving aan de werkgever .......................... 120 1. Principe ............................................ 120 2. Wijze .............................................. 120 3. Sanctie ............................................. 120 B. Bewijs van de ziekte of het ongeval ....................... 121 1. Principe ............................................ 121 2. Termijn ............................................ 121 3. Wijze .............................................. 121 4. Bestemmeling ...................................... 122 5. Sanctie ............................................. 122 C. Verlenging van de arbeidsongeschiktheid ................. 122 § 4. Controle van de arbeidsongeschiktheid ....................... 123 A. Algemeen .............................................. 123 B. Keuze van de controlearts ............................... 123 1. Hoedanigheid ...................................... 123 2. Vrije keuze ......................................... 124 C. Kosten van de controle .................................. 125 D. Plaats van de controle ................................... 126 1. Eerste hypothese: de werknemer mag de woonst niet verlaten ............................................ 126 Synopsis.indd 13 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xiv Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht 2. Tweede hypothese: de werknemer mag de woonst verlaten ............................................ 126 E. Tijdstip van de controle ................................. 127 F. Inhoud van de controle.................................. 128 1. Beoordeling van de arbeidsongeschiktheid ........... 128 2. Medisch beroepsgeheim ............................. 128 3. Toegelaten informatie ............................... 129 G. Weigering van de controle door de werknemer ............ 130 1. Principe ............................................ 130 2. Andere toepassingen ................................ 130 H. Weerslag op het recht op gewaarborgd loon ............... 131 § 5. Conflict met de behandelende geneesheer .................... 131 A. Gelijkwaardigheid van tegenstrijdige attesten ............. 131 B. Initiatief om het geschil op te lossen ...................... 132 C. Scheidsrechterlijke procedure ............................ 132 1. Algemeen .......................................... 132 2. Aanstelling van een arts-scheidsrechter .............. 132 3. Bijzondere voorwaarden voor de arts-scheidsrechter .. 133 4. Beroepsgeheim ..................................... 133 5. Onderzoek en beslissing door de arts-scheidsrechter .. 134 6. Kosten ............................................. 134 7. Interactie met het gewaarborgd loon ................. 134 8. Afwijkende scheidsrechterlijke procedure............. 134 D. Gerechtelijke expertise .................................. 135 E. Controle ............................................... 135 Afdeling 8. Arbeidsongeval en beroepsziekte ..................... 135 § 1. Notie ‘arbeidsongeschiktheid’ ............................... 135 § 2. Loonwaarborg .............................................. 136 A. Arbeiders en bedienden voor korte duur .................. 136 B. Bedienden voor lange duur .............................. 136 C. Verhaal ................................................ 136 § 3. Formaliteiten ............................................... 136 § 4. Controle ................................................... 137 Afdeling 9. Zwangerschap, bevalling en lactatie ................... 137 § 1. Verlof voor zwangerschapsonderzoek ........................ 137 A. Loonwaarborg .......................................... 138 B. Voorwaarden en formaliteiten ........................... 138 § 2. Moederschapsverlof ........................................ 138 A. Prenatale rust of zwangerschapsverlof .................... 138 B. Postnatale rust of bevallingsverlof ........................ 139 C. Verlenging ............................................. 139 D. Spreiding ............................................... 140 E. Vaderschapsverlof ...................................... 140 Synopsis.indd 14 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () Intersentia xv Inhoud § 3. Verbod of vrijstelling van tewerkstelling in bepaalde omstandigheden ............................................ 141 A. Algemeen .............................................. 141 B. Risico-evaluatie ........................................ 141 C. Verbod van blootstelling aan bepaalde risico’s ............ 142 D. Geen verplichting tot het verrichten van nachtarbeid ...... 142 E. Verbod van overwerk ................................... 143 F. Aanpassing van de arbeid ............................... 143 1. In geval van verbod van blootstelling aan bepaalde risico’s ............................................. 143 2. Bij opheffing van de plicht tot nachtarbeid ............ 143 3. Middelenverbintenis ................................ 144 4. Vervangingsinkomen ............................... 144 5. Schorsing .......................................... 144 6. Herplaatsing ....................................... 144 G. Tussenkomst van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer . 144 § 4. Moederschapsuitkering ..................................... 145 A. Formaliteiten ........................................... 145 B. Bedrag ................................................. 145 1. Zwangerschaps- en bevallingsverlof .................. 145 2. Andere tijdvakken van moederschapsbescherming .... 146 C. Uitkering tijdens het vaderschapsverlof ................... 146 § 5. Ontslagbescherming ........................................ 147 A. Principe ................................................ 147 B. Periode ................................................ 147 C. Sanctie ................................................. 147 § 6. Recht op borstvoedingspauzes ............................... 148 A. Een ‘recht’ op betaalde borstvoedingspauzes .............. 148 B. Duur van de pauzes ..................................... 148 C. Wanneer? .............................................. 149 D. Waar? .................................................. 149 E. Formaliteiten ........................................... 149 1. Meldingsplicht ..................................... 149 2. Bewijs.............................................. 149 F. Tijdsspanne ............................................ 149 G. Ontslagbescherming .................................... 150 Afdeling 10. Adoptieverlof ....................................... 150 Afdeling 11. Verlof voor pleegouders ............................. 151 Afdeling 12. Voorlopige hechtenis van de werknemer .............. 152 Afdeling 13. Zetelen als rechter of raadsheer in sociale zaken ....... 152 Afdeling 14. Betaald educatief verlof, ............................. 152 § 1. Toepassingsgebied .......................................... 153 § 2. Doel ....................................................... 153 Synopsis.indd 15 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xvi Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht § 3. Voorwaarden ............................................... 153 A. Een erkende opleiding volgen ............................ 153 B. Formaliteiten ........................................... 153 § 4. Duur ...................................................... 154 § 5. Loonwaarborg .............................................. 154 § 6. Planning ................................................... 154 § 7. Verlies van het recht op educatief verlof ...................... 155 § 8. Ontslagbescherming ........................................ 155 Afdeling 15. Sociale promotie .................................... 156 Afdeling 16. Loopbaanonderbreking ............................. 156 § 1. Wettelijke basis ............................................. 156 § 2. Recht op tijdskrediet en/of loopbaanvermindering ............ 158 A. Voltijds tijdskrediet, halftijdse of 1/5 loopbaanvermindering zonder motief ...................................... 158 B. Recht op voltijds tijdskrediet, halftijdse of 1/5 loopbaanvermindering met motief ....................... 159 § 3. Recht van oudere werknemers op een landingsbaan ........... 160 § 4. Zorgverloven ............................................... 162 A. Palliatieve verzorging ................................... 162 1. Juridisch kader ..................................... 162 2. Inhoud ............................................. 162 3. Duur ............................................... 162 4. Procedure .......................................... 163 5. Ontslagbescherming ................................ 163 B. Bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid .............................................. 163 1. Juridisch kader ..................................... 163 2. Inhoud ............................................. 164 3. Duur ............................................... 164 4. Ontslagbescherming ................................ 165 C. Ouderschapsverlof ...................................... 165 1. Juridisch kader ..................................... 165 2. Inhoud ............................................. 166 3. Duur ............................................... 167 4. Waarborgen ........................................ 167 5. Ontslagbescherming ................................ 167 § 5. Onderbrekingsuitkering..................................... 168 § 6. Recht op deeltijdse arbeid na vermindering van de arbeidsprestaties ............................................ 168 A. Principe ................................................ 168 B. Ontslagbescherming .................................... 168 Afdeling 17. Politiek verlof ....................................... 169 § 1. Toepassingsgebied .......................................... 169 Synopsis.indd 16 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () Intersentia xvii Inhoud § 2. Duur ...................................................... 170 § 3. Loonwaarborg .............................................. 170 § 4. Ontslagbescherming ........................................ 170 A. Principe ................................................ 170 B. Periode ................................................ 171 C. Sanctie ................................................. 171 Afdeling 18. Verlof om dwingende reden ......................... 171 § 1. Begrip ..................................................... 172 § 2. Deeltijdse arbeid ............................................ 172 § 3. Modaliteiten ............................................... 172 Afdeling 19. Slecht weer ......................................... 173 § 1. Voorwaarden ............................................... 173 § 2. Loonwaarborg .............................................. 173 § 3. Kennisgeving ............................................... 173 § 4. Opzegging ................................................. 173 Afdeling 20. Technische stoornis ................................. 174 § 1. Voorwaarden ............................................... 174 § 2. Loonwaarborg .............................................. 174 § 3. Kennisgeving ............................................... 175 Afdeling 21. Economische redenen ............................... 175 § 1. Procedure .................................................. 175 § 2. Loonwaarborg .............................................. 176 § 3. Opzegging ................................................. 177 § 4. Arbeidsverbod.............................................. 177 Afdeling 22. Economische werkloosheid voor bedienden .......... 177 IV. Ontslag ............................................................ 178 Hoofdstuk 1. Terminologie .......................................... 178 Hoofdstuk 2. Beëindiging van de arbeidsovereenkomst ................ 180 Afdeling 1. Civielrechtelijke beëindigingswijzen .................. 180 § 1. Algemeen .................................................. 180 § 2. Ontbinding van de arbeidsovereenkomst ..................... 181 A. Vormen ................................................ 181 B. Ontbindende tijdsbepaling .............................. 181 C. Gerechtelijke ontbinding wegens wanprestatie ............ 182 D. Uitdrukkelijk ontbindend beding ........................ 183 1. Gewoon uitdrukkelijk ontbindend beding ............ 183 2. Uitdrukkelijk ontbindend beding van rechtswege ..... 183 E. De ontbindende voorwaarde ............................. 183 § 3. Beëindiging van de arbeidsovereenkomst door onderlinge toestemming ............................................... 185 § 4. Overmacht ................................................. 186 A. Principe ................................................ 186 B. Arbeidsongeschiktheid .................................. 186 Synopsis.indd 17 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xviii Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht § 5. Nietigheid van de arbeidsovereenkomst ...................... 187 Afdeling 2. Einde van de overeenkomst door het verstrijken van de termijn of de voltooiing van het bedongen werk ................ 188 Afdeling 3. Overlijden van één van de partijen .................... 189 Afdeling 4. Beëindiging door opzegging .......................... 189 § 1. Begrippen .................................................. 189 § 2. De opzegging ............................................... 190 A. Vormvereisten .......................................... 190 1. Geschrift ........................................... 190 2. Modaliteiten ....................................... 191 3. Betekening van hand tot hand ....................... 191 4. Ter post aangetekend schrijven ...................... 192 5. Deurwaardersexploot ............................... 192 6. Taal ................................................ 192 7. Inhoud ............................................. 193 a. Verplichte vermeldingen ........................ 193 b. Reden voor het ontslag .......................... 193 B. Aard en gevolgen van de opzegging ...................... 195 C. Ogenblik van de opzegging .............................. 195 D. Nietigheid van de opzegging ............................. 196 § 3. Opzegtermijn .............................................. 197 A. Aanvang van de opzegtermijn ........................... 197 B. Arbeidsovereenkomsten gesloten na 1 januari 2014 ........ 197 1. Termijnen .......................................... 197 2. Tegenopzeg......................................... 198 3. Verkorte opzegtermijnen ............................ 198 4. Samenloop met ziekte/ongeval ....................... 199 5. Anciënniteit ........................................ 200 6. Lopend loon ........................................ 200 7. Sollicitatieverlof .................................... 200 C. Overgangsbepalingen ................................... 201 1. Bedienden .......................................... 201 2. Arbeiders .......................................... 202 a. Gelijkschakeling ................................ 202 b. Uitzonderingen op de regel ...................... 202 D. Rechten en plichten van de partijen tijdens de opzegtermijn ........................................... 203 § 4. Opzegvergoeding ........................................... 203 A. Berekening ............................................. 204 B. Betaling ................................................ 205 Afdeling 5. Ontslag om dringende reden.......................... 206 § 1. Begrip ..................................................... 206 § 2. Bewijs ..................................................... 207 opzegtermijn naar volgende regel Synopsis.indd 18 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () Intersentia xix Inhoud § 3. Beoordeling door de rechter ................................. 207 § 4. Beoordeling in concreto ..................................... 208 § 5. Procedure .................................................. 208 A. Termijn ................................................ 208 B. Bevoegde persoon ...................................... 209 C. Vormvereisten .......................................... 209 § 6. Kennisgeving van de ‘dringende reden’ ....................... 209 A. Vormvereisten .......................................... 210 B. Inhoud ................................................. 210 C. Taal .................................................... 211 § 7. Sanctie ..................................................... 211 Afdeling 6. Eenzijdige en substantiële wijziging van een essentiële arbeidsvoorwaarde ............................................. 212 § 1. Essentiële arbeidsvoorwaarde ................................ 212 § 2. Mogelijkheden voor de werknemer ........................... 213 Afdeling 7. Willekeurig ontslag, kennelijk onredelijk ontslag en misbruik van ontslagrecht ....................................... 215 § 1. Willekeurig ontslag ......................................... 215 § 2. Kennelijk redelijk ontslag .................................... 215 § 3. Misbruik van ontslagrecht ................................... 216 Afdeling 8. Bijzondere ontslagprocedures ......................... 217 Afdeling 9. Af te leveren documenten ............................ 217 Afdeling 10. Outplacement ...................................... 218 Afdeling 11. Het concurrentiebeding ............................. 219 § 1. Het concurrentiebeding in het stelsel van de werklieden ....... 219 A. Vormvereiste ........................................... 219 B. De mogelijkheid om een concurrentiebeding in te lassen in een arbeidsovereenkomst is afhankelijk van de hoogte van het jaarloon van de werknemer ...................... 219 1. Het loon bedraagt minder dan 32.886 euro bruto ..... 219 2. Het loon bedraagt meer dan 32.886 euro en minder dan 65.771 euro bruto ............................... 220 3. Het loon is hoger dan 65.771 euro bruto .............. 220 C. Geldigheidsvereisten voor het beding .................... 220 1. De werking is beperkt in de ruimte en in de tijd ....... 220 2. Het concurrentiebeding moet betrekking hebben op soortgelijke activiteiten .............................. 220 3. Het beding moet voorzien in een enige forfaitaire vergoeding ......................................... 221 D. De werking van het concurrentiebeding .................. 221 1. Gevallen waarin het concurrentiebeding geen uitwerking heeft .................................... 221 2. De werkman ondergaat het concurrentiebeding ....... 221 Synopsis.indd 19 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xx Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht 3. De werkman overtreedt het concurrentiebeding ...... 221 E. Sanctie wanneer aan één van de geldigheidsvereisten niet is voldaan .......................................... 222 § 2. Het concurrentiebeding in het stelsel van de bedienden ........ 222 A. Het wettelijke beding ................................... 222 B. Het afwijkingsbeding ................................... 222 1. Ondernemingen waarvoor een afwijkingsbeding mogelijk is ......................................... 222 2. Elementen van het wettelijk stelsel ten aanzien waarvan mag worden afgeweken ..................... 223 3. De vormen en voorwaarden van het afwijkingsbeding . 223 § 3. Het concurrentiebeding in de arbeidsovereenkomst voor handelsvertegenwoordigers .................................. 223 § 4. Besluit ..................................................... 223 Afdeling 12. Het scheidsrechterlijk beding ........................ 224 Afdeling 13. Het scholingsbeding ................................ 225 Afdeling 14. Verjaring van de vorderingen uit de arbeidsovereenkomst .......................................................... 227 § 1. De rechtsvordering ex contractu ............................. 227 § 2. De rechtsvordering ex delicto ................................ 227 Hoofdstuk 3. Herstructurering van ondernemingen ................... 228 Afdeling 1. Collectief ontslag .................................... 228 § 1. Begrip ..................................................... 228 § 2. Preventief .................................................. 229 § 3. Curatief .................................................... 230 § 4. Leeftijdspiramide ........................................... 231 Afdeling 2. Sluiting van de onderneming ......................... 232 Afdeling 3. Overdracht van onderneming ........................ 234 § 1. Inleiding ................................................... 234 § 2. Begrip overdracht van onderneming ......................... 235 § 3. Behoud van rechten en plichten .............................. 235 § 4. Informatie van werknemers ................................. 236 Afdeling 4. Overname van activa na faillissement ................. 237 § 1. Inleiding ................................................... 237 § 2. Toepassingsgebied .......................................... 238 § 3. Beperktere rechten van de werknemers ....................... 238 § 4. De overbruggingsvergoeding na faillissement ................. 238 Afdeling 5. Activerend beleid bij herstructurering ................. 239 Afdeling 6. (Grensoverschrijdende) fusie en splitsing van ondernemingen ................................................ 240 V. Bijzondere en afwijkende types van arbeidsovereenkomsten ........... 242 Hoofdstuk 1. Arbeidsovereenkomsten binnen de wet van 3 juli 1978 .... 242 Synopsis.indd 20 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () Intersentia xxi Inhoud Afdeling 1. De arbeidsovereenkomst voor handelsvertegenwoordigers ..................................................... 242 § 1. Wie is handelsvertegenwoordiger? ........................... 242 § 2. Het loon van de handelsvertegenwoordiger ................... 244 A. Het commissieloon: notie en berekeningsbasis ............ 244 B. Het ontstaan van het recht op commissieloon ............. 244 1. Tijdens de uitvoering van de overeenkomst ........... 244 2. Tijdens de schorsing of na het einde van de overeenkomst ...................................... 245 C. De betaling van het commissieloon ...................... 245 1. Tijdens de uitvoering en de schorsing van de overeenkomst ...................................... 245 2. Na het einde van de overeenkomst ................... 245 § 3. De uitwinningsvergoeding .................................. 246 § 4. Het concurrentiebeding ..................................... 247 § 5. Het delcrederebeding ....................................... 247 Afdeling 2. De arbeidsovereenkomst voor dienstboden ............ 248 Afdeling 3. De arbeidsovereenkomst voor studenten............... 249 § 1. Wie is student? ............................................. 249 § 2. Vormvereisten en verplichte vermeldingen.................... 250 § 3. Het proefbeding ............................................ 251 § 4. Schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens arbeidsongeschiktheid ...................................... 251 § 5. Beëindiging door opzegging ................................. 251 Afdeling 4. De arbeidsovereenkomst voor huisarbeiders ........... 252 § 1. Wat is huisarbeid? .......................................... 252 § 2. De arbeidsovereenkomstenwet als residuaire wetgeving ....... 252 § 3. Vormvereisten en verplichte vermeldingen.................... 252 § 4. Verplichtingen van de werkgever ............................. 253 § 5. Schorsing van de overeenkomst .............................. 253 § 6. Voorrang voor huisarbeiders om een vacante dienstbetrekking bij hun werkgever te verkrijgen ................... 254 Hoofdstuk 2. Bijzondere arbeidsovereenkomsten ...................... 255 Afdeling 1. Tijdelijke arbeid, uitzendarbeid en terbeschikkingstelling ......................................................... 255 § 1. Tijdelijke arbeid ............................................ 255 § 2. Uitzendarbeid .............................................. 256 § 3. Het ter beschikking stellen van werknemers .................. 258 Afdeling 2. De overeenkomst voor telewerkers .................... 260 § 1. Definitie en toepassingsgebied ............................... 260 § 2. De overeenkomst ........................................... 260 § 3. Arbeidsvoorwaarden ........................................ 261 § 4. Organisatie van het telewerk ................................. 261 Synopsis.indd 21 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xxii Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht § 5. Apparatuur en defecten ..................................... 261 § 6. Gegevensbescherming ...................................... 262 § 7. Veiligheid en gezondheid .................................... 262 § 8. Scholing ................................................... 262 Afdeling 3. Andere afwijkende situaties .......................... 262 Deel V. Collectief arbeidsrecht ........................................ 265 I. De vakbondsvrijheid ................................................ 265 Hoofdstuk 1. Historisch overzicht .................................... 265 Afdeling 1. Het coalitieverbod ................................... 265 Afdeling 2. Beperkte erkenning van de vakbondsvrijheid .......... 266 § 1. Artikel 310 Sw. ............................................. 266 § 2. De wet op de beroepsverenigingen ........................... 266 Afdeling 3. Erkenning van de vakbondsvrijheid ................... 266 § 1. Nationale erkenning ........................................ 266 § 2. Erkenning op het internationale en het Europese vlak ......... 266 Hoofdstuk 2. De rechtsbronnen van de vakbondsvrijheid .............. 267 Afdeling 1. Nationaal ........................................... 267 § 1. Artikel 27 van de Grondwet ................................. 267 § 2. De wet van 24 mei 1921 op de verenigingsvrijheid ............. 267 A. Het doel van de wet ..................................... 267 B. Het toepassingsgebied van de wet ........................ 268 C. De bescherming van de positieve en negatieve vakbondsvrijheid ....................................... 268 § 3. Andere bepalingen .......................................... 270 Afdeling 2. Supranationaal ...................................... 270 § 1. Verdragsteksten ............................................ 270 A. Internationale Arbeidsorganisatie ........................ 270 1. IAO-Verdrag nr. 87 ................................. 270 2. IAO-Verdrag nr. 98 ................................. 271 B. Verenigde Naties ........................................ 271 C. Raad van Europa ....................................... 272 D. Europese Unie .......................................... 272 § 2. Controle op de naleving van de verdragsbepalingen ........... 273 II. De sociale gesprekspartners: structuur en rechtspositie van hun organisaties ........................................................ 275 Hoofdstuk 1. Vakorganisaties van werknemers ........................ 275 Afdeling 1. Historiek ............................................ 275 Afdeling 2. De structuur van de vakorganisaties .................. 278 § 1. Organisatievorm ............................................ 278 § 2. De structuur van de representatieve vakorganisaties van werknemers ................................................ 279 Synopsis.indd 22 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () Intersentia xxiii Inhoud A. ABVV ................................................. 279 B. ACV ................................................... 279 C. ACLVB ................................................ 280 D. Gevolgen van de structuur voor de werking ............... 280 E. De NCK ................................................ 281 Afdeling 3. De rechtspositie van de vakorganisaties van werknemers .................................................... 281 § 1. Algemeen .................................................. 281 § 2. Functionele rechtspersoonlijkheid ........................... 281 Afdeling 4. Representatieve werknemersorganisaties .............. 282 Afdeling 5. Aansprakelijkheid van de vakorganisaties van werknemers .................................................... 283 § 1. Penale en aquiliaanse aansprakelijkheid ...................... 283 § 2. Contractuele aansprakelijkheid van de vakorganisaties in het raam van de CAO-wet ...................................... 284 Afdeling 5. Lidmaatschap van de vakorganisaties ................. 284 § 1. Toetreding ................................................. 284 § 2. Gevolgen van de toetreding ................................. 285 A. Reglementaire bevoegdheid ............................. 285 B. Disciplinaire bevoegdheid ............................... 285 Afdeling 6. Supranationale werknemersorganisaties ............... 285 Hoofdstuk 2. Vakorganisaties van werkgevers ........................ 286 Afdeling 1. Notie ............................................... 286 Afdeling 2. Supranationale werkgeversorganisaties ................ 288 III. Vreedzame collectieve arbeidsverhoudingen: het collectief overleg ..... 288 Hoofdstuk 1. Het collectief overleg: algemeen ......................... 288 Hoofdstuk 2. Het gestructureerd tweeledig overleg .................... 291 Afdeling 1. De organen van het gestructureerd tweeledig overleg: de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie .......................... 291 § 1. Definitie ................................................... 291 § 2. De Europese dimensie ...................................... 292 § 3. Nationaal niveau ........................................... 293 Federaal ................................................... 293 A. Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) .............. 293 1. Begripsomschrijving en situering .................... 293 2. Samenstelling ...................................... 293 3. Bevoegdheden ...................................... 294 B. De Nationale Arbeidsraad (NAR) ....................... 294 1. Begripsomschrijving en situering .................... 294 2. Samenstelling ...................................... 295 3. Bevoegdheden ...................................... 296 a. Adviseren ...................................... 296 Synopsis.indd 23 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xxiv Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht b. Het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten ........................................ 297 c. Verzoening ..................................... 297 d. Beheersbevoegdheid ............................ 298 4. Werking ........................................... 298 C. De Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het Werk .................................................. 299 1. Begripsomschrijving en situering .................... 299 2. Samenstelling ...................................... 299 3. Bevoegdheid ....................................... 299 Regionaal .................................................. 299 A. Vlaanderen ............................................. 299 1. De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) ............................................. 299 a. Situering ....................................... 299 b. Samenstelling .................................. 300 c. Bevoegdheden .................................. 300 2. Het Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité (VESOC) ........................................... 300 a. Begripsomschrijving en situering ................ 300 b. Samenstelling .................................. 300 c. Bevoegdheden .................................. 300 B. Wallonië ............................................... 301 C. Brussel ................................................. 301 § 4. Het sectorale niveau: paritaire (sub)comités ................... 302 1. Begripsomschrijving en situering .................... 302 2. Samenstelling ...................................... 302 3. Oprichting ......................................... 303 a. Paritaire comités ................................ 303 b. Paritaire subcomités ............................ 304 4. Bevoegdheid ....................................... 304 5. Het ressort van het PC .............................. 305 a. Algemeen ...................................... 305 b. Vaststelling van het bevoegde paritair comité ..... 306 c. Outsourcing, PC-shoppen, filialisering en netwerkondernemingen ......................... 308 6. Werking ........................................... 308 7. Toezicht en strafbepalingen ......................... 309 § 5. Het ondernemingsniveau .................................... 309 A. Ondernemingsraad ..................................... 309 1. Begripsomschrijving en situering .................... 309 2. Samenstelling ....................................... 310 3. Oprichting .......................................... 311 komma en spatie verwijderen na (SERV) en naar volgende regel Werk naar volgende regel arbeidsovereenkomsten afbreken Synopsis.indd 24 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () Intersentia xxv Inhoud a. Waar en wanneer? ............................... 311 b. De organisatie van de sociale verkiezingen ........ 313 1. Voordracht ................................. 313 2. Kiesvoorwaarden ........................... 313 3. Voorwaarden van verkiesbaarheid ............ 314 4. Onverenigbaarheden ......................... 314 5. Aantal mandaten ............................ 314 4. De bevoegdheden van de ondernemingsraad .......... 315 a. Het recht op informatie ......................... 315 1. Informatie op economisch en financieel vlak .. 315 2. De basisinformatie .......................... 315 3. De jaarinformatie ........................... 315 4. De periodieke informatie .................... 315 5. De occasionele informatie .................... 316 6. Informatie op sociaal vlak .................... 316 7. Jaarlijkse informatie ......................... 316 8. Trimestriële informatie ....................... 316 9. Occasionele inlichtingen ..................... 317 10. De sociale balans ............................ 317 11. De bedrijfsrevisor ............................ 317 b. De adviserende of raadgevende bevoegdheid ....... 318 c. De beslissingsbevoegdheid ....................... 318 d. Het beheer van de maatschappelijke werken ....... 319 5. Werking van de ondernemingsraad ................... 319 6. Toezicht- en strafbepalingen ......................... 320 B. Het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) ................................................ 322 1. Situering ........................................... 322 2. Samenstelling ...................................... 323 3. Oprichting ......................................... 323 4. Opdrachten ........................................ 324 5. Werking ........................................... 324 a. Vergaderingen .................................. 324 b. Voorzitterschap – secretariaat ................... 325 6. Toezicht en strafbepalingen ......................... 325 7. Veiligheidsbeleid zonder CPBW ..................... 325 8. Economische en sociale bevoegdheden ............... 325 Addendum: IDPBW en EDPBW ......................... 327 C. Ontslagbescherming van de afgevaardigden en van de niet verkozen kandidaten ................................ 328 1. Algemene regel: ontslagverbod ....................... 329 2. Beschermde periode ................................ 330 3. Ontslag om economische of technische reden ......... 330 Synopsis.indd 25 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xxvi Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht 4. Ontslag om een dringende reden ..................... 332 a. De procedure ................................... 332 b. De beëindiging van de arbeidsovereenkomst ...... 333 1. Door de werknemer ......................... 333 2. Door de werkgever .......................... 333 c. Financiële gevolgen van de schorsing ............. 334 D. De vakbondsafvaardiging (VA) .......................... 337 1. Begripsomschrijving en situering .................... 337 2. Raamovereenkomst ................................. 337 a. Concrete verplichtingen ......................... 337 b. Algemene beginselen ............................ 338 3. Oprichting ......................................... 339 a. Wie kan kandidaten voordragen? ................ 339 b. Welke werknemers worden door de vakbondsafvaardiging vertegenwoordigd? ................. 339 c. Bevoegdheden van de VA ........................ 340 d. De werking van de VA .......................... 340 1. Recht op audiëntie .......................... 340 2. Recht op het verstrekken van informatie ...... 341 3. Recht op bijstand ........................... 341 e. De bescherming van de leden van de vakbondsafvaardiging .......................... 341 1. Wie is beschermd? .......................... 341 2. In welke mate is men beschermd? ............ 341 3. Hoe verloopt de ontslagprocedure? ........... 342 4. Gunstigere regelingen ....................... 343 5. Vakbondsafgevaardigde belast met de uitoefening van de opdrachten van het CPBW ... 343 f. De vakbondsafvaardiging: een omstreden orgaan . 344 § 6. Het supranationale niveau: de Europese ondernemingsraad .... 345 A. Toepassingsgebied ...................................... 345 B. Vaststelling van het aantal werknemers ................... 346 C. Bestaande overeenkomsten .............................. 347 D. Wie is verantwoordelijk? ................................ 347 E. Wie neemt het initiatief? ................................ 348 F. Het instellen van de bijzondere onderhandelingsgroep (BOG) ................................................. 348 1. Bevoegdheid ....................................... 348 2. Samenstelling van de BOG .......................... 348 3. Aanwijzing van de in België tewerkgestelde ledenwerknemers ........................................ 349 G. De vergadering van de BOG met het hoofdbestuur ........ 349 H. De overeenkomst ....................................... 349 Synopsis.indd 26 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () Intersentia xxvii Inhoud 1. Minimumbepalingen ............................... 350 2. Geen EOR, wel een informatie- en raadplegingsprocedure .......................................... 350 I. Subsidiaire bepalingen .................................. 350 § 7. De rol van de werknemers in de Europese vennootschap ....... 352 A. Begrip ................................................. 352 B. Rol van de werknemers .................................. 353 § 8. De rol van de werknemers in de Europese coöperatieve vennootschap (SCE) ........................................ 356 A. Begrip ................................................. 356 B. De rol van de werknemers ............................... 356 Afdeling 2. Het normerend instrument: de collectieve arbeidsovereenkomst ........................................... 357 § 1. Voorgeschiedenis van de CAO-wet ........................... 357 § 2. Notie en inhoud ............................................ 358 § 3. Juridische aard van de collectieve arbeidsovereenkomst ....... 361 § 4. Toepassingsgebied van de CAO-wet .......................... 362 § 5. Wie kan een CAO sluiten? ................................... 363 § 6. Soorten collectieve arbeidsovereenkomsten ................... 364 § 7. De hiërarchie tussen diverse soorten collectieve arbeidsovereenkomsten ............................................ 364 § 8. Geldigheids- en vormvereisten van de CAO ................... 365 A. Geschrift ............................................... 366 B. Taalgebruik ............................................ 366 C. Verplichte vermeldingen ................................ 366 D. Neerlegging ............................................ 367 E. Bekendmaking ......................................... 368 F. Specifieke vereisten voor overeenkomsten gesloten binnen een paritair orgaan .............................. 368 § 9. Binding .................................................... 368 A. Niet algemeen bindend verklaarde CAO .................. 369 1. Welke personen zijn gebonden? ...................... 369 2. Binding van de normatieve en de obligatoire bepalingen ......................................... 370 B. Algemeen bindend verklaarde CAO ...................... 370 C. Overzicht van de binding van de CAO ................... 372 § 10. Interpretatie van de CAO ................................ 373 § 11. De ondernemings-CAO ................................. 374 A. Omstandigheden waarin een ondernemings-CAO tot stand komt ............................................. 374 B. Personen bevoegd om op ondernemingsniveau een CAO te sluiten ............................................... 374 1. De werkgever ........................................ 374 Synopsis.indd 27 23-9-2014 9:59:02 Persoonlijke kopie van () xxviii Intersentia Synopsis van het Belgische arbeidsrecht 2. Namens de werknemers .............................. 374 C. Onderhandelaars ....................................... 375 D. Geldigheidsvoorwaarden ................................ 375 E. Kan een werkgever met slechts één representatieve vakorganisatie geldig onderhandelen? .................... 375 § 12. Toezicht en strafbepalingen ............................. 375 IV. De fondsen voor bestaanszekerheid .................................. 376 V. Collectieve arbeidsconflicten ........................................ 378 Hoofdstuk 1. Collectieve arbeidsconflicten: notie en soorten ........... 378 Hoofdstuk 2. Werkstaking, lock-out en bedrijfsbezetting .............. 379 Afdeling 1. De werkstaking ...................................... 379 § 1. Notie en typologie .......................................... 379 § 2. Rechtspositie ............................................... 380 § 3. Gevolgen van de staking op de arbeidsovereenkomst van de staker ...................................................... 382 A. Schorsing van de arbeidsovereenkomst ................... 382 B. Schorsing van de opzegtermijn .......................... 383 C. Loonverlies ............................................. 384 § 4. Gevolgen van de werkstaking op de arbeidsovereenkomst van de werkwillige .......................................... 384 Afdeling 2. Uitsluiting of lock-out ................................ 386 § 1. Notie en typologie .......................................... 386 § 2. Rechtspositie ............................................... 387 Afdeling 3. Bedrijfsbezetting .................................... 387 § 1. Notie en typologie .......................................... 387 § 2. Rechtmatigheid van het aangewende actiemiddel ............. 388 Hoofdstuk 3. Het oplossen van collectieve arbeidsconflicten door bemiddeling en verzoening .......................................... 389 Afdeling 1. Bemiddeling en verzoening: notie ..................... 389 Afdeling 2. Verzoeningsprocedures .............................. 389 Afdeling 3. Verzoenende instanties ............................... 390 § 1. Verzoeningsplicht of verzoeningsvrijheid ..................... 390 § 2. Verzoening van het collegiale type: de organen met verzoenende bevoegdheid ................................... 390 § 3. Sociale bemiddelaars ........................................ 391 Hoofdstuk 4. Het reguleren van collectieve conflicten ................. 393 Afdeling 1. De wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd ............................... 393 Afdeling 2. Toepassingsgebied van de wet ........................ 393 Afdeling 3. Notie prestatie van algemeen belang .................. 394 Afdeling 4. Mechanisme van de wetgeving ........................ 394 § 1. Bepaling van de vitale behoeften en de prestaties van algemeen belang ............................................ 394 Synopsis.indd 28 23-9-2014 9:59:03 Persoonlijke kopie van () Intersentia xxix Inhoud A. Het PC bepaalt zelf de vitale behoeften en de prestaties .... 394 B. Het PC bepaalt de vitale behoeften en de prestaties op verzoek van de minister ................................. 395 C. Bepaling van de vitale behoeften en de prestaties door de minister van Werk ...................................... 395 § 2. Uitvoering van de genomen beslissingen ..................... 395 Afdeling 5. De rechtspositie van de werknemer die de vitale behoeften verzekert ............................................. 396 Afdeling 6. Kan de overheid worden aangesproken? ............... 396 Afdeling 7. Ontslagverbod voor werknemers belast met de uitvoering van de prestaties ..................................... 396 Hoofdstuk 5. Beslechting van collectieve arbeidsconflicten door de rechter ............................................................. 397 Afdeling 1. Situering ............................................ 397 Afdeling 2. Procedure ........................................... 398 Hoofdstuk 6. Het stakingsrecht ingeperkt? ............................ 401 Internetadressen ........................................................ 405 De auteurs ............................................................. 409

Paginanummer

Synopsis van het Belgische arbeidsrecht – 2020

Beschrijving

Uitleeninformatie

Korte inhoud:

Inhoudstabel:

Nieuwe zoekopdracht